James Worthy

‘Is dit de EO-Jongerendag of zo? Ik wil gewoon dronken worden met een vriend’

‘Mijn vriend doet zijn ogen dicht. En ik doe mijn ogen dicht. Pas na acht keer proberen vinden onze glazen elkaar’

James Worthy

Het allerlastigste aan volwassen worden, vind ik dat ik iemand aan moet kijken tijdens het proosten. En dan die woede als ik het niet doe. Ik heb een vriend die vrijwel nooit boos is. Toen zijn vrouw vreemdging, werd hij niet boos. Toen hij al zijn geld verloor, omdat hij het aan een of andere cryptogoeroe had gegeven, werd hij niet boos. Maar als ik hem niet aankijk tijdens het proosten, komt er stoom uit zijn doorgaans pacifistische oren.

‘Waarom kijk je me niet aan? Zo voel ik toch geen verbondenheid, man? Dat is wat proosten is, James. Ik voel me nu helemaal niet verbonden met je.’

‘Ik ook totaal niet met jou, daarom heb ik een dubbele wodka in mijn handen. Ik zoek helemaal niet naar verbondenheid. Is dit de EO-Jongerendag of zo? Ik wil gewoon dronken worden met een vriend. Ik wil me juist even nergens verbonden mee voelen. Loskoppeling, dat zoek ik.’

‘Het elkaar niet aankijken tijdens het proosten schijnt ook heel slecht voor je seksleven te zijn,’ zegt mijn vriend. De barman luistert mee en zucht, terwijl hij met een droge theedoek over zijn natte bar gaat.

‘Deze vlieger gaat toch alleen op als ik met mijn vrouw proost?’ vraag ik.

‘Dat weet ik niet precies. De bijgeloofbijbel staat nog niet in mijn boekenkast, maar elkaar niet aankijken brengt allerhande vormen van ongeluk met zich mee.’

‘Ik ben niet bang voor zeven jaar slechte seks. Ik ben bang voor mensen die geloven dat ongeïnteresseerd geproost invloed kan hebben op de bedprestaties.’

‘Dus je geeft toe dat het ongeïnteresseerdheid is?’ vraagt hij.

‘Natuurlijk. Ik haat proosten. Het werkt niet. Net als bidden. Waar proosten we op? Op het leven? Op gezondheid? Op de liefde?’

‘Laten we proosten op het leven, James.’

‘Omdat?’

‘Het leven is mooi. Daarom. We hebben veel om dankbaar voor te zijn.’

‘Dat is ook zo, maar als ik dankbaar ben, sluit ik mijn ogen. Ik kan niet koesteren met de ogen open,’ zeg ik. De barman vult ongevraagd mijn glas.

‘Dus als het aan jou ligt proosten we vanaf nu met de ogen dicht?’ vraagt mijn vriend.

‘Dit lijkt me inderdaad beter. Veel mensen bidden toch ook met de ogen dicht? Alleen met de ogen dicht kan een mens langs de realiteit kijken. Proosten is als bidden. Wensen en smeken zijn familie van elkaar.’

‘Laten we het maar proberen,’ zegt hij.

Mijn vriend doet zijn ogen dicht. En ik doe mijn ogen dicht. Pas na acht keer proberen vinden onze glazen elkaar.

‘Proost op het leven,’ zeg ik. Ik zie mijn zoon. Hij komt net uit het zwembad. Hij vraagt of ik hem af wil drogen. Ik zeg nee, maar ik wil niets liever. Als mijn zoon droog is, wens ik iets voor mijn vriend. Ik wens dat dat knobbeltje op zijn balzak gewoon een wrat is.

‘Proost op het leven,’ zegt hij.

We openen onze ogen en zien verbondenheid.

Ben jij ook zo iemand die graag haantje de voorste is? Mooi. Volg Nieuwe Revu dan op Facebook, dan krijg je de columns altijd als eerste te zien. Of abonneer op onze nieuwsbrief. Sturen we onze beste artikelen gewoon naar je toe.

Column
  • iStock