James Worthy

James Worthy: 'Trouwen is voor altijd, maar wat als voor altijd nog maar heel even is?'

'Pluk de dag. Pluk ze allemaal. Zelfs de dagen die niet rijp zijn. Of te rijp. Pluk je vingers aan gort’

James Worthy

Op de dag van zijn bruiloft zit mijn vriend in een rolstoel. Hij had het zelf ook graag anders gezien, maar dit is zijn realiteit. Zijn kinderen groeien snel, maar in zijn schedel zitten helaas dingen die nog sneller groeien. Hij draagt een petje, omdat hij geen zin had om naar de kapper te gaan. De dagen zijn te schaars voor bezoekjes aan de kapper.

Zijn vrouw ziet er oogverblindend uit. Ze rolde hem een kwartier geleden naar binnen. Ik veegde een traan weg met behulp van mijn nieuwe stropdas.

Trouwen is voor altijd, maar wat als voor altijd nog maar heel even is? Wat als de dood die ons zal scheiden al in de wachtkamer zit? Hij bladert met zijn koude vingers door een roddelblad uit 2021. De dood is dol op roddels. Roddelen is praten over iemand die op dat moment niet aanwezig is. Het is de dood zijn taak om ervoor te zorgen dat uiteindelijk niemand meer aanwezig is.

Een paar maanden geleden stonden we nog samen op de tennisbaan. Hij had wat last van zijn been, maar dat was alles. Nu zal hij naar alle waarschijnlijkheid binnen een maand trouwen en sterven. Trouwen en rouwen, het scheelt verdomme maar één letter.

Na de bruiloft rol ik hem naar buiten. Hij heeft zin in een sigaret. ‘Waarom zou je gezond leven als je ongeneeslijk ziek bent?’ vroeg hij vorige week nog. Ik buig door mijn knieën en steek zijn sigaret aan.

‘Je ziet er prachtig uit, man,’ zeg ik.

Hij trekt zijn jasje recht en wijst daarna naar zijn bruine schoenen. Italiaanse loafers.

‘En wat is je vrouw een plaatje,’ vervolg ik.

‘Lekker wijf,’ lacht hij.

Tien maanden geleden zaten we nog samen op een terras. Het was op de Noordermarkt. Hij zat op zijn praatstoel en lulde urenlang over zijn tijd als strandwacht op Texel. En nu gaat hij zelf kopje-onder.

Ik ben nooit fan geweest van uitspraken als ‘Pluk de dag’ of ‘Morgen is ons nooit beloofd’, maar ouder worden is inzien dat alle clichés waar zijn. En dan vooral de lelijkste. Niets is ons beloofd, behalve dan misschien de liefde.

De eerste keer dat ik hem zag, was op het schoolplein. Zijn zoon zat bij mijn zoon in de klas. Toen ik hem zag, hoopte ik dat onze zoons vrienden zouden worden, maar onze zoons werden geen vrienden. Maar wij gelukkig wel.

Ik rol hem weer naar binnen. De leukste man die ik ken. Als mijn realiteit eventjes te hard was, gaf hij mij de slappe lach. Zijn vrouw loopt op hem af. Ze draagt een witte jurk en een cowboyhoed. Ze buigt door haar knieën en wrijft liefdevol wat lange plukken haar achter zijn oor.

Wat als voor altijd, nog maar heel even is? Pluk de dag. Pluk ze allemaal. Zelfs de dagen die niet rijp zijn. Of te rijp. Pluk je vingers aan gort. En wat als de strandwacht zelf kopje-onder gaat?

Laat hem dan verdrinken in liefde.

Column
  • iStock