Premium

Waarom vermoordde Nederlandse zakenman Wim Beckmann paaldanseres Samira?

Op 12 januari 2024 begon in Antwerpen een veelbesproken moordproces tegen de Nederlander Wim Beckmann. Hij wordt ervan verdacht in 2008 een paaldanseres te hebben gedood en zichzelf te hebben verwond om het op een aanslag te laten lijken. ‘Samira is geëxecuteerd in haar eigen bed, dit is een bijzonder gruwelijke zaak.’

Paaldanseres

De deur van het Oude Gerechtshof in het centrum van Antwerpen ging om iets voor tienen op vrijdagochtend 12 januari open. De Nederlander Wilhelmus ‘Wim’ Beckmann was ook nu de grote afwezige in het moordproces. Niemand had verwacht dat de Brabantse zakenman ineens toch zou plaatsnemen in de beklaagdenbank. Hij vluchtte in 2016 uit België en heeft nooit meer iets van zich laten horen. Wie wel binnenkwamen: advocaten in nette pakken, een dokter genaamd Werner, agenten in uniform, gepensioneerde rechercheurs, brandweermannen, branddeskundigen, rechters in toga’s, journalisten, ramptoeristen, de uitbater van café De Bosduif, de halfzussen van het slachtoffer. Rechtbankvoorzitter Roeland opende de zitting. Op schermen werd een foto van een vermoorde vrouw getoond. Samira Bekkar lag met open ogen op haar rug in een bed vol bloedvlekken. Volgende foto: haar veel oudere vriend Wim Beckmann in het ziekenhuis. Zijn rechteroog was bijna weggeschoten en door de dokter afgeplakt. Aanklager Björn Backx keek de twaalf juryleden indringend aan en zei: ‘U ziet dat er geen beschuldigde aanwezig is. Dat is ongewoon, maar dit betekent niet dat er geen proces mogelijk is.’ De advocaat van het slachtoffer begon zijn inleidende praatje met: ‘Samira is geëxecuteerd in haar eigen bed, dit is een bijzonder gruwelijke zaak.’

De eerste getuigen liepen naar voren: twee agenten die Samira Bekkar en Wim Beckmann op 27 juli 2008 aantroffen in de villa. Een van hen zei: ‘Eerst bleven we buiten staan terwijl de brandweer aan het blussen was. Om half één vertelde de commandant ons dat er in de slaapkamers twee slachtoffers op het bed lagen. De man leefde nog en werd naar het ziekenhuis gebracht. We zagen hem op de brancard liggen, hij had een zwaar bebloed en opgezwollen gezicht.’ De juryleden luisterden zo geconcentreerd mogelijk. Ze zouden vijf dagen alles over deze zaak te horen krijgen. Wie was de verdachte, hoe werd hij zo rijk, was hij in staat tot moord? Op deze en meer vragen moesten de zes mannen en zes vrouwen van de jury antwoord krijgen.

Beckmann hield van prostituees, paaldanseressen en strippers, reed in Mercedessen en woonde in een villa met een zwembad en helikopterlandingsplaats.

‘De rijke Hollander’

De feiten over de Nederlandse gewonde Wim Beckmann: hij werd op 9 februari 1958 geboren in Den Bosch. Inwoners van zijn Vlaamse woonplaats Merksplas noemden hem ‘de rijke Hollander’. Hij had alleen nog wat grijswit donshaar op zijn bolle ronde hoofd, droeg een bril, zijn buik was rond door Belgisch bier en bourgondisch eten. Beckmann hield van prostituees, paaldanseressen en strippers, reed in Mercedessen en woonde in een villa met een buitenzwembad, een paddock, een tuinhuis, een prieel, paardenstallen en een helikopterlandingsplaats. Hij had een zwarte kat en een Duitse herder. Volgens een oud-werknemer had iedereen een ‘helse schrik’ voor de hond. Zijn vriendinnen waren bijna altijd veel jonger en werkten vaak in stripclubs of bordelen. Hij verdiende ooit veel geld met zijn eigen import-exportbedrijf en veranderde voortdurend van telefoonnummer. Beckmann reed meerdere keren per week naar Antwerpen en dineerde het liefst in sterrenrestaurant ‘t Fornuis. Zijn villa aan de Steenweg op Turnhout nummer 214 in het Vlaamse Merksplas stond bekend als ‘het best bewaakte huis van België’. Buiten en binnen hingen camera’s met sensoren. Volgens een ex-werknemer genaamd Mike was de slaapkamer ‘een versterkte burcht met deuren die alleen met badges konden worden geopend, zoals een panic room uit Amerikaanse films’. Onder Beckmanns tweepersoonsbed bed lag een zilveren Browning-pistool met een gouden trekker.
Volgens de aanklager was er een reden waarom Beckmann al die maatregelen moest nemen. Hij handelde in gsm’s en plasmaschermen die hij uit Dubai liet komen en vaak aan louche mensen werden verkocht. ‘Bronnen’ beweerden dat Beckmann ook ‘actief was in de even lucratieve als schimmige sector van de gokspelautomaten’. Zijn bedrijf Beauville ging op 14 februari 2006 failliet. Beckmann verkocht vlak ervoor zijn zes Mercedessen en drie helikopters zodat die niet konden worden geveild. Hij slaagde er daardoor in ‘zijn zwart geld veilig te stellen’ en de schuldeisers kregen niets. Een ander bedrijf van Wim Beckmann heette G-Hanz Benelux en was gevestigd in het Brabantse Chaam. Beckmann zocht contact met winkels in Nederland en België om te vragen of ze de spullen van G-Hanz wilden verkopen. Hij beloofde de beste telefoons en plasmaschermen te leveren, de borgsom was 2000 euro. De spullen werden nooit geleverd en de winkeliers kregen de borgsommen nooit terug. G-Hanz Benelux ging op 27 mei 2008 failliet. Een curator vertelde: ‘Hij betaalde helemaal niemand.’

De villa in Merksplas waar paaldanseres Samira Bekkar werd vermoord.

Beckmann woonde op dat moment al jaren in de zwaarbeveiligde villa in Merksplas. Zijn rekening was geblokkeerd en de woning werd geveild, maar hij mocht van de curator nog even in de villa blijven slapen. In de lente van 2008 trok zijn meest recente grote liefde bij Beckmann in: Samira Bekkar Djelloul Saiah, een Franstalige Belgische van Algerijnse afkomst. Ze werd op 3 maart 1981 geboren in in het Brusselse Sint-Agatha-Berchem en groeide op in Anderlecht. Ze had donkerbruin lang haar, droeg graag naveltruitjes, haar buik was plat en bruin. Haar moeder heette Fatima, haar vader Smaïn Bekkar Djelloul Saiah. Samira’s ouders scheidden na een jaar huwelijk, hun enige dochter werd opgevoed door Fatima en ze zag haar vader bijna nooit. Fatima hertrouwde, Samira’s moeder en stiefvader Masseb probeerde Samira streng-islamitisch op te voeden, maar ze was eigenwijs, kreeg foute vrienden, werd gearresteerd voor winkeldiefstal en moest van school wegens het in de brand steken van een vuilnisbak. Op haar twintigste kreeg Samira een baan als paaldanseres in club The Guest in Brussel. Ze ontmoette haar eerste echtgenoot in The Guest, maar scheidde, trouwde een andere man, scheidde opnieuw. Beckmann zag Samira in 2002 voor het eerst. Ze werd zijn favoriete danseres en hij keek tot vroeg in de ochtend champagne drinkend, coke snuivend naar haar ‘hemelse billen’, zoals een Vlaming het omschreef. Er ontstond ‘een passionele relatie’, zou Beckmann later zeggen. Hij kocht dure kleding voor Samira, nam haar mee naar St. Tropez, Parijs en Dubai. Volgens mensen uit zijn omgeving werd hij ‘obsessief verliefd’ op Samira. Een groot probleem was wel dat Beckmann een stuk verliefder op Samira was dan andersom. Haar halfzus beweerde later dat Samira alleen bij Beckmann bleef voor zijn vermeende fortuin en de tripjes die ze samen maakten.

Alarm

Tussen 2005 en 2007 zagen de oplichter en de paaldanseres elkaar bijna nooit, maar begin 2008 kregen ze opnieuw een relatie. Op zaterdag 26 juli 2008 haalde Beckmann Samira op, ze reden naar een restaurant, dineerden op stand en gingen naar nachtclub Le Péplum in Ixelles/Elsene, vlak bij Brussel. Rond vijf uur reed Beckmann met Samira naar Merksplas, vlakbij de Nederlandse grens. Niemand weet precies wat er daarna gebeurde, maar dit is zeker: het alarm ging de ochtend erna om tien uur af. De overburen negeerden het, dat geloei kwam wel vaker voor. Iets voor twaalven sloegen er vlammen uit het rieten dak van Beckmanns villa. Een voorbijgangster parkeerde haar auto langs de weg, stapte uit, rende naar brasserie De Bosduif om te melden dat er brand was. De uitbater van De Bosduif belde de politie, agenten en brandweermannen reden naar Merksplas. De zon scheen. Buurtbewoners fietsten of liepen naar de villa om de brand van dichtbij te kunnen zien.

Een jonge vrouw had een roze T-shirt en een tangaslipje aan. In haar hoofd zaten twee kogels. De oudere man droeg een pyjamabroek. Zijn schedel was geschampt.

Het was bijna onmogelijk de vesting in te komen en de herdershond blafte hels. De toegangspoort werd geforceerd, brandweermannen tikten het raampje boven de voordeur in. Drie mannen gingen als eerste naar binnen. Ze slaagden er met veel moeite in de vergrendelde slaapkamer in te komen, tegen een wand stond een groot bed met zwarte zijden donsdekens. Een brandweerman genaamd Christophe zou later vertellen: ‘Op het eerste gezicht zag ik niets vreemds. Pas na het optillen van het dekbed zagen we dat er twee mensen waren.’ Een jonge vrouw had een roze T-shirt en een tangaslipje aan. In haar hoofd zaten twee kogels. De oudere man droeg alleen een pyjamabroek. Zijn schedel was geschampt. Zijn rechterarm en -hand waren geraakt door drie kogels. Een vierde kogel had zijn rechteroog verminkt. De brandweermannen zagen ineens het andere oog bewegen en toen wisten ze dat hij nog leefde.

Beckmann werd naar buiten gedragen op een brancard. Hij was volgens brandweerman Christophe ‘een zwaarlijvige man, dus dat was niet zo gemakkelijk’. Beckmann kwam bij bewustzijn in het ziekenhuis. Hij zag niets met het geraakte oog, leed naar eigen zeggen aan geheugenverlies, maar zei wel: ‘Laila moet dit gedaan hebben.’ Beckmann doelde op een prostituee die tot voor kort zijn vriendin was. Ze had een nieuwe vriend genaamd Marco, maar was kennelijk jaloers op Beckmanns nieuwe liefde Samira en Laila had volgens Beckmann al twee keer geprobeerd om in te breken in de villa om haar spullen terug te krijgen. Agenten filmden Beckmann toen hij in zijn eerste verhoor verklaarde: ‘Ik ben het slachtoffer van een huurmoordenaar. Er werd ingebroken in het pand terwijl wij lagen te slapen. Ze kwamen naar boven en vonden ons in bed. Ik heb er alle baat bij dat de daders worden opgespoord. Dan kan mijn onschuld worden aangetoond en dat is ook beter voor mijn verwerkingsproces.’ Over Samira’s en Beckmanns laatste gezamenlijke uren zei hij: ‘Ze had nog een Dafalgan genomen. Ik nam een slaappil en ging naar de slaapkamer. Ik ben samen met Samira gaan slapen en ik werd pas wakker in het ziekenhuis. Meer kan ik mij niet herinneren.’ Beckmann kreeg bewaking in het ziekenhuis. Zijn vijanden zouden misschien wel de klus af willen maken.

Criminele afrekening

Was het een liquidatie die half mislukte? Misdaadverslaggever Georges Timmerman van De Morgen schreef de maand na de moord dat de schietpartij inderdaad ‘alle kenmerken vertoont van een criminele afrekening in maffiastijl’. Een anonieme bron bij de politie vertelde hem: ‘Hier zijn geen amateurs aan het werk geweest. Dit was een professionele hitjob, wellicht uitgevoerd door huurmoordenaars.’ Een kennis van Wim Beckmann zei: ‘Hij had in de loop der jaren veel vijanden gemaakt, van particulieren tot grote bedrijven. Vroeg of laat moest dit ervan komen. Hij leefde in angst voor een afrekening.’ Theorie van een ‘bekende’: twee gangsters uit Albanië wilden met hem afrekenen.

Rechercheurs gingen op 7 augustus langs bij Beckmans ex Laila in Oostende. Ze had net als haar vriend Marco een sluitend alibi en zei dat Beckmann haar sloeg, spullen naar haar hoofd gooide en de sloten van de bunker/panic room/slaapkamer gingen alleen open als Beckmann dat wilde. Laila probeerde eens vergeefs het slot te forceren om naar buiten te kunnen komen en ze wees Beckmann aan als moordenaar van Samira. Een van Samira’s halfzussen wist net zo zeker dat Beckmann de moord zelf had gepleegd. Samira wilde bij hem weg en had de maandag na de moord een afspraak om zich in te schrijven voor een verplegersopleiding. Beckmann kon niet zonder haar en het was al eerder duidelijk dat hij een gevaarlijk persoon kon zijn. Hij gebruikte geweld, loog, manipuleerde en Samira’s familieleden noemden hem een ‘man zonder normen en waarden die slechts leeft voor geld, drugs en seks’. De halfzus verklaarde ook dat Samira op 6 juli 2008 al eens de politie belde omdat Beckmann uit het leven dreigde te stappen. Het leek dus een reële optie dat hij eerst Samira had gedood en daarna een kogel door zijn eigen hoofd probeerde te schieten.

Agenten onderzochten ook de mogelijkheid dat Wim Beckmann zich had willen verwonden om het op een afrekening te laten lijken, maar verkeerd mikte waardoor er een kogel in zijn oog was gekomen. Dit zou net zo goed betekenen dat hij Samira met voorbedachten rade had vermoord en het dak van de villa zelf in de brand had gestoken. Rechercheurs vonden dertien dingen die de moord-hypothese volgens hen bewijzen. In een plafond werd een geheime doorgang ontdekt. Het leidde tot een zolder met toegang tot het rieten dak. Rechercheurs vonden daar voetafdrukken van Mephisto-schoenen, een merk dat Beckmann droeg. In een kamer moesten wat tegels worden weggeduwd en pas dan kon je die zolder bereiken met een ladder. Kon een buitenstaander dit allemaal weten? In het plafond zat een gat. Er was duidelijk iemand doorheen gezakt. Op Beckmanns broek waren witte vlekken gevonden en op zijn linkerelleboog zat een grote schaafwond. Beckmann kon niet verklaren hoe dat was gekomen. Kwam het misschien door een val door het plafond? Een dokter vond dat de perfecte verklaring. Volgende verdachte feit: in Beckmann tuinhuis werden brandversnellers gevonden en de brand bleek te zijn aangestoken met avgaz, een brandstof die Beckmann altijd gebruikte als hij zijn helikopter nodig had voor een snelle zakenreis of omdat hij zich wilde uitsloven voor een jonge vrouw. Net zo vreemd: de slaapkamer kon alleen worden betreden met een persoonlijke keycard die op de dag van de moord was gebruikt. Een deskundige stelde vast dat alleen Beckmann de deur die dag kon hebben geopend. Dat was vastgelegd in zijn laptop. Volgende verdachte feit: het alarm van het best beveiligde huis van België was onklaar gemaakt en in geen enkele kamer van de villa waren dna-sporen van potentiële hitmen gevonden. Beckmann had voor dit laatste wel een verklaring. De brandweer had zijn woning geblust met ‘100.000 liter water met chloor uit mijn zwembad’. Door dat water waren de dna-sporen verdwenen. Laatste bewijs voor Beckmanns schuld volgens de rechercheurs: bij het wegtrekken van de zwarte satijnen donsdekens van het bed viel er een Browning met Beckmanns dna op de grond. Rechercheurs lieten het zien aan een oud-chauffeur van Beckmann, die zei: ‘Dat is Wims wapen.’

Wim Beckmann is al een tijdje spoorloos.

Gearresteerd

Op 16 december 2008 werd Beckmann gearresteerd in zijn villa. Op 19 maart 2009 kwam hij plotseling vrij. Hij was nog wel verdachte, maar de aanklagers hadden geen voorwaarden aan de vrijlating gesteld. Hij keerde terug naar Merksplas. Een journalist van Het Nieuwsblad ging bij hem langs en vroeg of het niet akelig was op de plek te zijn waar zijn vriendin was vermoord. Beckmann antwoordde: ‘De dood hoort bij het leven, maar Samira is op een erg laffe manier aan haar einde gekomen. De slaapkamer waar we werden neergekogeld, is volledig gestript. Ze krijgt een nieuwe indeling. Ik moet verder.’ Tijd om te rouwen was hem ‘niet gegund’. Beckmann had ‘zelfs niet één foto meer van mijn liefje’. De speurders hadden die ‘allemaal in beslag genomen’. De onderzoeksrechter en de agenten waren volgens hem allemaal vooringenomen en hij zei: ‘Omdat mijn rechterarm verminkt was, zou ik met mijn linkerhand mijn rechteroog eruit hebben geschoten. Onmogelijk. Zelfs een wetsdokter bevestigde dat.’ Tegen een andere journalist zei hij: ‘In de kamer heb ik mij vermoedelijk verweerd tegen de moordenaar en de loop van het wapen weggeduwd. Zo zijn de drie kogels in mijn arm terechtgekomen. De vierde kogel doorboorde mijn slaap, deed mijn oogschaal ontploffen en vloog net boven mijn neus naar buiten. De dood is dan maar enkele millimeters verschil. Na weken verzorging zijn de dokters er nu gerust op. Tegen het eind van dit jaar zou ik opnieuw uit mijn twee ogen moeten kunnen zien.’ Beckmanns stem sloeg over toen hij vertelde over zijn ondraaglijke verdriet. Hij zou Samira’s dood nooit kunnen verwerken. Hij had meerdere keren contact gezocht met haar familie, maar ook zij dachten volledig ten onrechte dat hij Samira had vermoord. Dat was iets vreselijks, zoals de hele zaak iets vreselijks was. Zijn naam was voorgoed besmeurd. Dat zou zelfs niet veranderen als hij werd vrijgepleit en hij eiste dat er een nieuw ‘speurdersteam’ zou worden samengesteld om echte daders te vinden. Zijn advocaat steunde Beckmann en Walter Damen zei: ‘Mijn cliënt is geen dader, maar slachtoffer.’

Slachtoffer Samira Bekkar.

Beckmann werd in juni 2015 voor het laatst in het openbaar gefotografeerd. Er stond weer een zitting over de moord op Samira op de agenda. Na afloop verliet Beckmann lachend het Paleis van Justitie met een blauwe dossiermap onder zijn arm en hij herhaalde tegen journalisten onschuldig te zijn. Op 19 november 2015 dineerde hij bij de Alpheus Bistro in de Antwerpse Jan Moorkensstraat. Daar plaatste hij een bericht over op zijn Facebookpagina. Beckmann stapte in 2016 in Duitsland in een vliegtuig. Zelfs zijn advocaat Walter Damen heeft daarna naar eigen zeggen geen contact met zijn cliënt gehad. In een recent verhaal in de Brusselse krant La Dernière Heure staat: ‘Is Beckmann dood? Leeft hij nog? Zo ja, waar verbergt hij zich? Hoe ziet hij eruit?’

Opsporingslijst

Wim Beckmann is 65 jaar als hij nog leeft. Hij staat op een internationale opsporingslijst. Zijn rechteroog is nooit hersteld. Een speciale politie-eenheid probeerde hem vergeefs te vinden en daarom ging de zaak op vrijdag 11 januari zonder zijn fysieke aanwezigheid van start. De verdachte had geen advocaat om hem te verdedigen omdat hij spoorloos was verdwenen. Beckmann was wel te zien op videoschermen. De case-officer van de Turnhoutse politie liet beelden van de eerste ondervraging in 2008 zien. De verdachte droeg een polo met daarover een donkerblauwe trui. Op de vraag waarom hij zijn ex Laila mishandelde antwoordde hij: ‘Ze haalde het bloed onder mijn nagels vandaan. Ze was een beest als ze gezopen had. En hoe tem je een beest? Zoals een jong paard. Je draait iets rond de neus om het in bedwang te houden. Je moet trucjes uit de kast halen. Ik sloeg wel eens met de vlakke hand, meer niet. Ik gooide weleens een bord naar haar kop, gaf weleens een schop onder haar hol, maar voor de rest viel het reuze mee.’

Volgens de wetsdokter was het zeker mogelijk dat Wim Beckmann zichzelf in zijn oog had geschoten om het op een afrekening te laten lijken.

Op dag 2 van het proces toonde de aanklager een foto van Wim Beckmann naast twee schaars geklede jonge vrouwen. De afwezige verdachte keek trots in de camera. Volgens de wetsdokter was het zeker mogelijk dat Wim Beckmann zichzelf in zijn oog had geschoten om het op een afrekening te laten lijken. Onderzoeksrechter Katrien Helsen getuigde dat het ‘bijwijlen was alsof we het scenario van een film lazen’ en ‘hoe langer het onderzoek duurde, hoe meer tegenspraken we vaststelden’. Zo beweerde Beckmann door de moord op Samira te zijn heengeslapen ‘terwijl zijn keycards nochtans in de woning op verscheidene plaatsen waren gebruikt’. Vanaf toen geloofde niemand meer in Wim Beckmanns onschuld, zei de onderzoeksrechter. Haar halfzussen Sarah en Hanan getuigden op dag 3. Hun moeder Fatima huilde. Sarah zei: ‘Hij verstikte Samira en ze was doodsbang voor hem. Ik denk dat ze haar dood voelde aankomen. Ik twijfel er niet aan dat Beckmann haar heeft doodgeschoten. Het is nu zestien jaar geleden, ik wil gerechtigheid voor mijn zus.’

De volksjury doet binnen een paar weken uitspraak.

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct