Deze week: acteur Yannick Jozefzoon (29).
Wat is je beste beslissing van de laatste twaalf maanden?
‘Om me meer te gaan richten op film en televisie en mijn theaterwerk, in ieder geval voor nu, op een lager pitje te zetten. De afgelopen jaren heb ik veel theater gedaan. Met veel plezier, maar ik wilde toch ook iets anders proberen. Kijken of ik meer zou kunnen doen in films en series, ook internationaal. Daarvoor moet je theater feitelijk de rug toekeren, omdat die producties altijd ver van tevoren worden ingepland. Die keuze nam natuurlijk een zeker risico met zich mee, omdat je nooit weet wat je gaat krijgen. Dus dat was spannend, want ik had geen pannetjes op het vuur staan, maar het pakte goed uit. Ik heb veel plezier van mijn keuze. Het geeft je ook een wat vrijer bestaan, je kunt je dagen meer zelf invullen. Ik leef nu meer in het moment.’
Miste je in het theater de uitdaging voor jezelf?
‘Ik miste vooral een bepaalde groei. Ik merkte dat ik me ook graag op andere vlakken wilde ontwikkelen. Dus daarom nam ik deze sprong in het diepe. Maar het geloof in eigen kunnen is groot, anders zou ik het niet hebben gedaan.’
Hoe snel daarna kwam de serie Baantjer Het Begin op je pad?
‘Heel snel al, eigenlijk. Het is de grootste productie waar ik tot nu toe aan heb meegewerkt. Echt een machine: zoveel draaidagen, zoveel verschillende acteurs. En natuurlijk alleen al het feit dat het Baantjer is, dat is echt een massive thing in Nederland, cultureel erfgoed. Dan realiseer je je wel dat je echt je best moet doen. Intimiderend vond ik het niet, zo’n grote productie, het zorgde er vooral voor dat ik harder wilde rennen.’
Wat is het belangrijkste dat je op de set van Baantjer hebt geleerd?
‘Ken je plekje in het geheel. Zo’n grote serie maken is echt teamwork. Je doet het met z’n allen en je doet het voor elkaar. Dat geldt in het theater natuurlijk ook, maar op deze schaal had ik het nog niet meegemaakt.’
Wat hoop je dat Baantjer je gaat brengen?
‘Ik verwacht niet dat het me iets gaat brengen, ik vond het vooral een mooi project op zich om te doen. Heb er op het gebied van acteren weer veel van geleerd. Verder hoop ik dat er mooie dingen blijven komen in de toekomst, maar het is niet zo dat ik vurig hoop dat ik dankzij Baantjer mijn grote doorbraak krijg. Daar probeer ik niet echt mee bezig te zijn, eigenlijk.’
Een doorbraak is wel handig voor het binnenhalen van nieuwe projecten, toch?
‘Ligt eraan wat voor projecten. Er zijn heel veel dingen die ik kan doen. Het landschap is veel breder dan mensen denken.’
Dat hoor je acteurs niet vaak zeggen, dat er genoeg werk is. Meestal hoor je verhalen over vissen in een klein vijvertje.
‘Ja hoor, er is werk genoeg. Voor iedereen, overal, op wat voor manier dan ook. Het geld ligt voor het oprapen. En doelen kun je stellen voor jezelf. Ik denk dat het eerder daarmee te maken heeft, dan met de kwantiteit aan werk voor acteurs. Er zijn heel veel interessante manieren voor mij om mijn werk te kunnen blijven doen. De ene keer is dat iets commercieels, de andere keer een arthousefilm.’
Tom Adelaar is zo’n arthousefilm. Daarin speel je een Surinaamse callcentermedewerker die een Hollandse naam adopteert om meer sales te scoren.
‘Dat was supergaaf om te spelen, omdat ik heel veel mocht laten zien. Het geloof om echt verder te gaan met film en de liefde om personages uit te diepen, is daar op de set begonnen. Ik was ongeduldig: ik kwam net van de toneelacademie en voelde me als een jonge belofte die op de bank zat. Ik zat te wachten tot een speler geblesseerd uit zou vallen en ik mijn kunsten kon laten zien. Toen ik met Tom Adelaar die kans kreeg, wist ik: dit is het, dit is waarvoor ik ben gemaakt. Als je nog op die bank zit, kun je gaan twijfelen aan jezelf. Wanneer mag ik er nou inkomen? Ben ik soms niet goed genoeg? Waarom speelt hij wel en ik niet? Als die kans zich dan eindelijk aandient, spring je een gat in de lucht. Als je dan ook zo’n voltreffer als Tom Adelaar scoort, dan gaat dat vuurtje echt wel branden, hoor.’
Wanneer kwam je liefde voor acteren om de hoek kijken? Kom je uit een toneelfamilie?
‘Nee, totaal niet. Ik voelde dat gewoon toen ik jong was. Ik zat in groep 8 van de basisschool en deed mee aan de musical Oliver Twist. Ik speelde Dodger, de sluwe zakkenroller en leider van de kinderbende. Toen voelde ik voor het eerst: hé, dit is wat voor mij. Die rol was mij echt op het lijf geschreven. En mensen waren oprecht enthousiast. Ik weet nog dat na de voorstelling andere ouders op die van mij afstapten om hun complimenten over te brengen. Mijn tante heeft me toen ingeschreven bij een castingbureau. Vanaf dat moment was ik vastberaden om acteur te worden en ging ik recht op mijn doel af. Soms doe je iets, en dan voel je aan alles: I like this, hier kan ik goed in worden. Ik vond het leuk om te doen en, nog belangrijker, het kostte me ook geen moeite om het leuk te vinden en er tijd in te steken en beter te willen worden. Het ging allemaal vanzelf.’
Waar droom je van?
‘Van mooie dingen maken, in de anonimiteit. Bekendheid is iets wat mij niet echt trekt, merk ik. Ik hoop dat ik vooral word gezien door filmmakers en mensen uit de industrie. Dat ze weten dat ze met mij een acteur aan boord halen die er alles voor zal geven. Mijn focus ligt echt op mooie dingen maken, niet op fame of al die dingen. Als ik fame krijg doordat ik mooie dingen heb gemaakt, dan zal ik het nemen als een man. Maar ik ga er niet achteraan.’
CV
Toneelschool
Yannick gaat in 2010 naar de toneelacademie in Maastricht en speelt daarna bij diverse theatergezelschappen, waaronder Het Nationale Toneel.
Film en tv
Op tv is Yannick te zien geweest in onder meer Flikken Rotterdam en SpangaS, op het witte doek in Alleen Maar Nette Mensen, Boy7 en All You Need Is Love.
Baantjer Het Begin
Yannick speelt de partner van rechercheur De Cock in Baantjer Het Begin, de prequelserie van de bioscoopfilm uit2019. De serie is nu te zien op Videoland.
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- iStock