Terugblikkend op 2017 zie ik breede rivieren debielenkwijl traag door oneindig laagland gaan, rijen ondenkbaar ijdele populisten als hooge pluimen op den kansel staan. Youp van ’t Hek doet dit jaar voor de zoveelste keer de traditionele oudejaarsconference. Ik heb met hem te doen. Want wat is bij het terugblikken op 2017 als grappenmaker nog je functie? Iets belachelijks hoef je niet meer belachelijk te maken. Zelfs de meest droge opsomming van gebeurtenissen zal de rood pluchen theaterzetels nog zeiknat krijgen. Van de door het lachen, gieren, brullen niet langer op te houden pis. Zoals vroeger bij Toon Hermans.
Maar nu is de lol minder vrijblijvend, want we gaan er allemaal aan. De satire ging dit jaar met de vut. Afgedankt. Ingehaald door de moderne tijd. Het wereldtoneel was een doldwaze klucht waarin politiek leiders over elkaar heen buitelden. De hoofdrol – die van de Satan die uit de diepste krochten van de hel verrijst om als clown de aarde te bewandelen – onnavolgbaar gespeeld door de 45ste president van de Verenigde Staten. Letterlijk onnavolgbaar. Af en toe probeerde ik iets over The Donald te schrijven. Dan had ie bijvoorbeeld Kim ‘Rocket Man’ Jong-un met een kernoorlog gedreigd.
Maar ik moet mijn stukkie altijd een week van tevoren inleveren. Voor mijn column afgedrukt was, had Trump alweer zoveel strapatsen uitgehaald (staatsgeheimen verklapt aan de Russen, Native American Tweede Wereldoorlog-veteranen te kakken gezet, noem maar op) dat lezers dachten dat ik het over iets van alweer jaren geleden had. ‘Hè? Wat? Noord-Korea dreigen met een kernoorlog? Ja, daar staat me wel iets van bij. Maar was dat niet Obama?’ Donald Trump, de man die sneller de boel verkloot dan zijn schaduw.
Ook in Nederland nam in 2017 de debilisering hand over hand toe. We kozen een nieuwe volksvertegenwoordiging. En om Reve er maar weer eens bij te halen: ‘Wat wil het volk? Niet veel goeds, dat is zeker.’ De valkuil van de democratie is de imbeciliteit van het volk en een volk krijgt de leiders die het verdient, zeggen ze. En zo leden ook in 2017 de goeden weer eens onder de debielen. De debielen. Ze waren tegen genderneutrale taal in de trein. Tegen het verwijderen van de labels ‘voor jongens’ en ‘voor meisjes’ uit de kinderkleding van de HEMA. Tegen vegetarische kipstuckjes met een C. Tegen het verzieken van een kinderfeest, maar óók tegen een uitbreiding van het kinderpardon.
Ze stonden te klappen als Thierry in de Tweede Kamer een spreekbeurt hield. Al dan niet in het Latijn of met een camouflagehesje aan. Maar ze vonden het ook wel weer leuk toen Klaas Dijkhoff Baudetje bijna aan het huilen maakte. Debielen zijn nu eenmaal weinig loyaal. Het kan vriezen en het kan dooien met die gasten. Kijk maar naar hun mening over homo’s. Die vonden ze eerst stom, maar nu moslims ze ook stom vinden, zijn homo’s helemaal oké-olé-olé. Misschien moet ik m’n hoop voor een beter 2018 daar maar op vestigen. Op de wispelturigheid van de debiel.