Het is een druilerige dag in het toch al niet bijster gezellige Almere Buiten. De lange lanen en fantasieloze blokbouw – met hier en daar een perkje of kinderspeelplaats – vormen echter het decor waarin rapper Sevn Alias tot grootse creativiteit komt. Hij is een jongen van de straat en of het nu Amsterdam-West of Almere Buiten is; de verhalen van de struggelende jeugd zijn volgens hem overal hetzelfde.
Sevaio Mook, zoals er in het paspoort van de 21-jarige mc staat, is dan ook een echte verhalenverteller die met zijn zelfreflecterende en -beschouwende raps zijn generatiegenoten kwetsbaar, maar direct weet aan te spreken. Alias is vanwege deze persoonlijke en straatwijze stijl momenteel een van de populairste Nederlandstalige hiphopartiesten. Zijn megahits als Gass en Patsergedrag worden in miljoenen aantallen op YouTube en Spotify gestreamd en ook zijn shows verkopen steevast uit.
Hij is dan ook een grote meneer in thuishaven Almere, waar hij eigenlijk niet meer normaal over straat kan. ‘Als ik naar de Albert Heijn moet, heb ik een probleem,’ vertelt hij in de woonkamer van zijn flatje, terwijl hij een kop thee met honing inschenkt en een tosti klaarmaakt. Lachend: ‘Gelukkig weet ik inmiddels wanneer het nabijgelegen ROC pauze heeft. Dan kom ik dus echt niet buiten.’
Hij woont bescheiden, want miljonair is hij in vier jaar tijd nog niet geworden van zijn verses en bars. Maar ervan leven? Ja, dat gaat prima. De rapper maakt zich sowieso niet zo snel druk om geld, en materialistisch is hij al helemaal niet. Hij kocht ooit van zijn eerste verdiende centen een splinternieuwe Volkswagen Golf voor zijn vader, terwijl hij toen zelf nog geen auto had. Maar inmiddels heeft hij ook een ‘klein Toyotaatje’ om rond te crossen.
Hij haalt zijn schouders op en grijnst. ‘Dure spullen doen me niets. Ik krijg zelfs vaak commentaar dat ik in trainingspak op het podium sta en nooit mijn best doe om er goed uit te zien. Ik draag wat lekker zit en het boeit me echt niet hoe andere mensen naar mij kijken.’
Vandaag gaat Alias ook gekleed in een felblauw trainingspak. Hij oogt ietwat vermoeid, want gisteravond was een latertje. Niet dat hij de bloemetjes flink buiten heeft gezet, want hij gaat naar eigen zeggen maar twee keer per jaar echt helemaal los, maar de aftrap van zijn Picasso-tour vond plaats in een Brusselse nachtclub, waar hij pas om 03.00 uur het podium beklom.
Vanavond staat in de Utrechtse zaal TivoliVredenburg zijn eerste show in eigen land op de agenda. ‘Dat wordt gezellig man,’ zegt hij met een grote lach op zijn gezicht. ‘Mijn shows zijn altijd een feestje. Ik heb ook nooit stress op de dag van een optreden. Ik ga er pas over nadenken als ik hier word opgehaald om naar de zaal te rijden. Te veel nadenken is sowieso niet goed, want dan ga je fouten maken.’
Stress vermijden is een les die Alias al vroeg in zijn carrière leert. Als hij als grote rapbelofte in 2016 op Noorderslag mag staan, wordt hij vooraf helemaal gek gemaakt door collega’s en mensen uit de muziekindustrie. ‘Iedereen zei hetzelfde: Noorderslag is echt een ander dingetje. Dan sta je tegenover mensen met blocnotes, die alleen maar aantekeningen maken over wat er slecht is. Denk maar niet dat het een feestje wordt, was de boodschap. Ik heb daar toen echt wakker van gelegen, maar een dag voor de show besloten: fuck it, ik doe gewoon waar ik in geloof en dan krijg ik vanzelf iedereen mee. Ik begon met een onbekend nummer en toen zag ik al meteen die gebogen hoofdjes verbaasd omhoog komen. Ik heb me voorgesteld en gezegd dat ik geen show ging geven, maar hen mee wil nemen in mijn verhaal. Uiteindelijk bleek het een van de vetste optredens die ik ooit heb gedaan.’
Veel artiesten weten als kind al dat ze muzikant gaan worden. Bij Alias is dat zeker niet het geval. Hij groeit naar eigen zeggen op tussen de ‘Turken, Antillianen en Marokkanen’. Hiphop is overal om hem heen, maar hij prefereert de sportschool, waar hij op hoog niveau kickbokst. Via een vriend komt hij vier jaar geleden in aanraking met rappen en voor hij het weet, staat hij zelf achter een microfoon. Eerst nog in andermans studio, maar al snel koopt hij zelf tweedehands opnamemateriaal om thuis te kunnen spitten.
‘Ik merkte dat ik best moeite had om mijn gevoel te uiten als er andere mensen bij waren. Als ik alleen ben, ga ik veel dieper. Het is ook echt een uitlaatklep voor mij. Ik schrijf heel veel nummers. Sommige puur om emoties uit mijn systeem te krijgen. Die neem ik op, draai ik een paar keer en ben er dan klaar mee. Ik zal nooit iets uitbrengen dat te persoonlijk voor me is.’
Alias schrijft zo ook tientallen nummers voor zijn moeder, die alleen zij hoorde. ‘Ik hoef dan ook geen reactie, maar ik wil dat ze weet hoe ik over haar denk en wat er allemaal in mijn leven gebeurt. Hierdoor is onze band de laatste twee jaar enorm versterkt. Daarvoor kon ik nooit onder woorden brengen hoe het echt met mij ging. Ik ben gewoon geen prater.’
Lees het hele artikel op Blendle.