Kreunend richt ik me op en druk mijn wekker uit. Dit is toch niet te doen: fulltime werken en tegelijkertijd een kind produceren. Ik neem een paar happen van een droge cracker die naast mijn bed ligt. Het schijnt te helpen tegen ochtendmisselijkheid; eerst wat eten en dan pas opstaan. Maar tot nu toe merk ik hier weinig van.
Geliefde Duncan komt de slaapkamer binnen. Om hem heen hangt een walm van parfum die mijn maag onmiddellijk doet omdraaien. ‘Ik had toch gezegd: geen parfum meer,’ snauw ik. Hij verontschuldigt zich. Mompelt: ‘automatisme’ en wil me een kus geven. Ik begin zo luidkeels te protesteren dat hij achteruitdeinst. Géén kus. Ik moet er niet aan denken. De lucht van koffie, aftershave en kaas die om hem heen hangt, is meer dan ik op dit moment kan verdragen. Dat is eigenlijk tegen de afspraak. Altijd liefdevol afscheid nemen, je weet nooit wat er gebeurt. Maar in tijden van zwangerschap kan een vrouw zich geen sentimentaliteit veroorloven. Als dit ons laatste contact was: het zij zo. Duncan zwaait. Ik knik terug.
Wandelende geurencocktail
Als hij de deur achter zich dichttrekt, ben ik opgelucht, zoals vaker de afgelopen weken. Hij is een wandelende geurencocktail die ik liever kwijt dan rijk ben. Goed. Opstaan, en snel een beetje, want op deze manier kom ik te laat bij mijn shoot. Mijn mond vult zich met speeksel. Even lijkt het erop dat de crackers eruit komen, maar ik weet ze binnen te houden. Op de fiets naar de studio stop ik twee keer om te checken of er écht niks mis is met mijn achterwiel, want het lijkt alsof er iemand bij me achterop zit. De conclusie is dezelfde als gisteren, eergisteren en alle dagen daarvoor sinds ik zwanger ben: ik ben het probleem, met de fiets is niks mis. Ik hijg een moment uit en vervolg mijn weg in slakkentempo – wat een uitputtingsslag.
Ik wist dat een zwangerschap geen feestje was, maar dat het zo erg zou zijn, overvalt me
Bij de styliste van die dag doe ik mijn beklag. Had niemand me even kunnen waarschuwen? Ik wist dat een zwangerschap geen feestje was, maar dat het zo erg zou zijn, overvalt me. En dan heb ik het nog relatief makkelijk. Het gros van mijn dagen breng ik thuis door, schrijvend in mijn pyjama. Je zal maar advocaat zijn en je betoog moeten houden in een rechtszaal, terwijl je je voelt alsof je elk moment kan instorten. Nee. Dat kan niet. En dan moet je die eerste maanden ook nog doen alsof er geen vuiltje aan de lucht is. Want stel dat er iets misgaat!
Orgie
De styliste is het roerend met me eens. Vrouwen hebben het niet makkelijk. Ze vertelt dat ze laatst, nog voor de coronacrisis, de styling en make-up moest verzorgen van een pornoactrice. ‘Ze was drie maanden zwanger en voelde zich net zo beroerd als jij,’ vertelt ze. Ik kijk haar met grote ogen aan. ‘Die dag had ze een orgie met vier mannen. Ze moest steeds even stoppen om te kotsen.’
Holy shit. Nou, baas boven baas. De zwangere sekswerker, aan haar heb ik nog niet eens gedacht. Die heeft het pas echt zwaar. Tijd om te stoppen met klagen. De rest van de dag verbijt ik me.
Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?
Abonneer nu en profiteer!
Probeer direct- Lotte Valk
- Ron de Wildt