Beste Donald Trump, eigenaar van het Trump National Doral golfresort,
Een paar jaar geleden was ik in uw land op bezoek bij een vriend van me. Hij had die avond een afspraak en vroeg of ik even mee ging. De afspraak was met een man met wie hij een aantal dagen eerder in een lunchtentje knallende ruzie had gekregen, bijna letterlijk.
De man zat toen naast hem de krant te lezen, en las een bericht over Israël en de Palestijnen. Hardop becommentarieerde de man de toestand in Israël en zocht daarbij oogcontact met mijn vriend, duidelijk op zoek naar bevestiging. Die kreeg hij niet; integendeel. De man bleek namelijk ongelooflijk pro-Israël, en mijn vriend is ongelooflijk pro-Palestijns. Hun standpunten bleken zo ongeveer net zo ver uit elkaar te liggen als die van de huidige Israëlische regering en de Palestijnse Autoriteit.
Ze hadden ook allebei een vergelijkbaar temperament, dus al snel liep de discussie zó hoog op, en het volume ervan ook, dat de eigenaar van de lunchtent de heren dringend kwam verzoeken hun gesprek elders voort te zetten. Eenmaal buiten moesten ze allebei eindelijk lachen om de belachelijkheid van deze situatie en van zichzelf.
De man nodigde mijn vriend uit eens bij hem langs te komen, om te praten over allesbehalve buitenlandse politiek. Hij had zijn adres gegeven en toen we onderweg waren, zei mijn vriend dat dit het allerduurste gedeelte van LA was. We reden langs forten van huizen, van de buitenwereld afgeschermd door hoge muren met vele zichtbare cameras. Het huis van de man bleek het type uitzinnig paleis dat ik alleen maar ken uit televisieprogrammas waar rappers, rockers en basketballers de camera rondleiden tot de slaapkamer, en dan iets zeggen als: This is where the magic happens.
Maar toen moest het meest spectaculaire nog komen: zijn tuin. Dat bleek geen tuin, maar een volledig tropisch regenwoud, met speciaal voor hem ingevlogen bomen en planten uit de hele wereld, hier in LA in leven gehouden door een ingenieus en volautomatisch systeem van bewatering en verwarming. Hij kon er niet alleen uren over vertellen, hij deed het ook. Tot slot vroeg hij uit beleefdheid toch maar iets over het leven in Amsterdam en de tuinen daar. Ik dacht aan de drie dode planten op mijn dakterras, keek naar zijn regenwoud en schoot in de lach.
Ik moest weer aan hem denken toen ik in de Volkskrant een reportage las over de bezoekers van uw Trump National Doral-golfresort in Miami. Het mooiste detail vond ik de duiker, in dienst van het resort, die elke dag een paar honderd golfballen uit het water moet vissen. Want 500 dollar per dag betalen om te mogen golfen, wil nog niet zeggen dat je het ook kúnt. De verslaggever had de grootste moeite om mensen te vinden die werkelijk leken te genieten van hun weelde. Zijn conclusie leek te zijn dat uitzinnig rijke mensen geen lol kunnen hebben. Ik heb dat ook lang gedacht. Maar alles dat nodig was om me van het tegendeel te overtuigen was een kinderlijk blije blik richting een krankzinnige tuin.