Heel rugbyend Nederland reist dit weekend af naar de hoofdstad voor de Amsterdam Sevens, het toernooi waar een flinke dosis gezelligheid gepaard gaat met sporten op het hoogste niveau. Maar wat is het verschil tussen de Sevens-variant en het traditionele fifteen-a-side-rugby? Richard Luijks traint mee met de vrouwen van AAC, de beste rugbysters van Nederland.
Fotografie Amaury Miller
De laatste oefening. Een variant op een spel dat we allemaal van vroeger kennen, een soort schipper mag ik overvaren. Op miraculeuze wijze ben ik als laatste overgebleven. Ik kijk vanaf de startlijn naar een stel hongerige rugbyvrouwen die klaar zijn om mij beestachtig tegen de grond te werken. Alsof dat nog niet genoeg is, zie ik een glimlach op het gezicht van assistent-trainer Barry Vliek (34) verschijnen. Hij gaat de vrouwen wel even helpen. Terwijl ik doodsangsten uitsta, begin ik aan mijn sprint naar de overkant. Met een ingecalculeerde schijnbeweging hoop ik Vliek te ontwijken, tevergeefs. Voor ik het weet, vliegt mijn bitje uit mijn mond en lig ik, met een bebloede knie, naar adem happend, op de grond.
Twee uur eerder, Sportpark De Eendracht in Amsterdam. Met knikkende kniee?n stap ik met mijn sporttas uit de auto. Het is rustig. Kinderen spelen bij de naastgelegen voetbalvereniging, maar geen spoor van grote gespierde vrouwen in rugbykleding. Ik word opgewacht door trainster Mara Moberg (31) en captain Tessa Wijmans (27) van AAC. Een dagje meetrainen met de kampioenen van het Rugby Union-seizoen. Spannend? vraagt Moberg lachend. Stoer zeg ik dat ik niet zo snel zenuwachtig word. Diep vanbinnen vraag ik me af of dit wel goed zal af lopen.