‘Waar is de zanger van de Shit Fucker’s Dick and His Burning Assholes?’

Tussen 2000 en 2005 tourde ik als gitarist van punkrockband The Apers door Europa. Vaste stop was de Sonic Ballroom in K...

Tussen 2000 en 2005 tourde ik als gitarist van punkrockband The Apers door Europa. Vaste stop was de Sonic Ballroom in Keulen. In principe geen bijzondere tent – gewoon een kroeg met een podium. Rood en zwart geverfde muren, voor zover je dat kon zien onder de lagen tourposters en bandstickers. Een playlist met underground teringherrie over de speakers. Een dertien-in-een-dozijn rock-’n-roll-bar. Maar toch een van onze favoriete plekken om te spelen.

Laatst was ik er voor het eerst sinds tien jaar weer. Toys That Kill (San Pedro, Californië) speelde. Ooit nog mee op een split-singeltje gestaan. Deze tour sloegen ze Nederland over, maar ik en vriend S. en vriendin A. wilden ze zien, dus wij drie uur in de auto naar Keulen.

De Sonic Ballroom is ogenschijnlijk onveranderd. Oké: meer posters en stickers, maar verder lijkt het alsof de tijd hier heeft stil gestaan. Alles zoals het was. Toch is er iets mis.

Alsof je in je vaste supermarkt komt: op het eerste gezicht is alles oké, maar dan blijkt dat de vakkenvullers ineens alles op een andere plek heeft gezet. Sterker nog: de hagelslag is nergens te bekennen. En waar zijn de augurken?

Waar is Roman, de eigenaar van de Sonic Ballroom en zanger van de verschrikkelijk slechte band Shit Fucker’s Dick and His Burning Assholes?

‘Hij is nog wel de eigenaar,’ zegt het meisjes achter de bar, ‘maar hij komt hier niet meer zo vaak.’

Vroeger was hij er altijd. Of hij stond buiten om de hoek stiekem crack te roken.

Sowieso: een meisje achter de bar. Waar is barman Hendrik? Ik zag hem eens met carnaval verkleed als Elvis op een geparkeerde Mercedes (niet van hem) staan dansen. Iemand riep: ‘Hé, Elvis!’ Hij schreeuwde terug: ‘Nein! Ich bin nicht Elvis! Ich bin Hitler!’ Hij probeerde ook altijd achter m’n rug om mijn Duitse vriendinnetje te neuken.

Mijn Duitse vriendinnetje. Uit Düsseldorf. Op de eerste verdieping van de Sonic Ballroom hebben ze kamers met bedden voor de tourende bands. Na een show in 2002 sleepte ik haar laddertje zat mee naar boven. Vijf jaar duurde die relatie uiteindelijk. Ik geloof dat ze nu getrouwd is met een chirurg en drie kinderen heeft. En dan had je nog die chick van meidengroep The Battle Dykes. Ze had een kinderstemmetje, maar het figuur en kapsel van een Poolse vrachtwagenchauffeur en trok voor iedereen de kroonkurken van de flessen Becks met haar tanden.

Ze is er niet.

En de Backwood Creatures. Een toffe band was dat. Speelden altijd in ontbloot bovenlijf. Gasten waren vast meubilair van de Sonic Ballroom. Dronken het liefst Sambuca-Baileys (echt waar). Hielden de helft van de avond de wc’s bezet omdat ze coke snuiven zo leuk vonden.

Ze zijn er niet.

Op S. en A. en de gasten van Toys That Kill na, ken ik hier helemaal niemand. Ik zie dezelfde leren jekkies als toen. Dezelfde bandshirts. Maar de mensen in die jekkies en shirts ken ik niet. En zij mij niet.

Had ik verwacht dat Roman, Hendrik, m’n Duitse ex, de zangeres van The Battle Dykes en The Backwood Creatures tien jaar lang hier braaf op me zouden zitten te wachten? Onveranderd in dit onveranderde decor? Het toneelstukje van toen nog eens opvoeren voor Jerry, het hooggeëerd publiek?

Natuurlijk niet. Maar toch.

Gelukkig was Toys That Kill als vanouds te gek.