‘Feyenoord heeft er een soort Nicolai Jørgensen bij’
Edwin Struis over de nieuwe superspits van Feyenoord: ‘Ik denk dat Lucas Pratto over een paar maandjes weer rechtsomkeert gaat naar Zuid-Amerika met een doelpunt of twee in z’n ransel.’
Tot voor kort moest ik bij de combinatie Beer/Feyenoord vooral denken aan dat Groote exemplaar die samen met De Waterman in mei 1963 uit de haven van Rotterdam voer met duizenden supporters aan boord die hun helden vooruit reisden naar Portugal, waar Benfica wachtte in de halve finale van de strijd om de Europacup I. En vooruit, ook een beetje aan Reinier ‘Beertje’ Kreijermaat die in die wedstrijd ook opdraafde namens rood en wit.
Maar als we de nieuwste aanwinst van Feyenoord moeten geloven, komt het begrip ‘beer’ straks in een heel nieuw perspectief te staan. Even voorstellen: Lucas Pratto, 32 jaar, Argentijn en bijgenaamd: El Oso, de beer dus. Met die bijnaam is niks mis, hij is kort en goed, zoals bijnamen horen te zijn. De Kromme, de Verlosser, D’n Beitel; we weten meteen wie erachter schuilgaan.
Toch twijfel ik sterk over ’s mans kunsten, met name in het afmaakgenre. En ik niet alleen. Ook River Plate, de club waar Pratto onder contract staat, scoorde vorige week in de halve finale van de Copa Libertadores liever niet dan dat het een beroep deed op deze midvoor.
‘Goals maken is mijn werk,’ zei Pratto tijdens zijn presentatie, maar zijn statistieken vertellen een heel ander verhaal. Feyenoord heeft er met de Argentijn vooral een niet-scorende spits bij, een soort Nicolai Jørgensen eigenlijk, en die hebben ze al. Hij scoorde ooit namens River twee keer tegen aartsvijand Boca Juniors en teert daar nog steeds op. De afgelopen seizoenen scoorde hij in 45 wedstrijden zes keer, een moyenne dat Feyenoord-spitsen zoals Clyde Best eind jaren 70 onderhielden
Maar dan moet het grootste punt van zorg nog komen: zijn baard. Toegegeven: vanonder de douchekop hef ik nog weleens ‘het moeten mannen met baarden zijn’ aan, zeer tot ongenoegen van mijn huisgenoten trouwens, maar op voetballers met baarden heb ik het niet zo begrepen. Zoals bij mislukte managertypes moeilijke monturen hun manco’s moeten maskeren, is dit soort woeste beharing enkel aangebracht om de drager ervan een image van onoverwinnelijkheid te geven, waardoor tegenstanders gaan denken dat er een William Wallace-kloon tegenover ze staat in plaats van een gemankeerde aanvaller in wiens nabijheid de bal opmerkelijk vaak vervormt van rond naar vierkant.
PSV had er vorig seizoen ook eentje rondlopen: een of andere Griekse hapsnurker die zich enkel qua baard kon meten met Catweazle en Raspoetin, niet qua voetbalcapaciteiten. Ik denk dat Lucas Pratto over een paar maandjes weer rechtsomkeert gaat naar Zuid-Amerika met een doelpunt of twee in z’n ransel. Het is natuurlijk ook een beetje gek: een beer met een baard.
- ProShots