Als we de berichten mogen geloven, is de grond in Noord-Groningen continu in beweging. Daar moest Revu-verslaggever en aardwetenschapper Sam Gerrits het fijne van weten. Moet Groningen zich voorbereiden op de allesvernietigende aardbeving? Of moeten ze daar nou eens stoppen met zeuren?
Een scheet van 1500 kubieke kilometer
Natuurlijk hangt dat getril en gescheur samen met de gaswinning van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) uit het Slochterense veld. Hoe de NAM dat tot 1993 kon blijven ontkennen, is me een raadsel. Er is anno nu, voorzichtig geschat, 1500 kubieke kilometer aardgas uit Slochteren opgepompt. Dat is vooral methaan, met wat spoortjes van andere gassen. Wat, zeg maar, je achterwerk uitkomt, maar dan zonder de stinkende zwavelgassen.
Rekenvoorbeeldje: als je al het tot nu toe opgepompte aardgas bij elkaar, al die blauwe vlammetjes onder alle pannetjes van Nederland vanaf de jaren 60 tot nu, samenperst tot Liquid Natural Gas (LNG) en ergens wilt opslaan, heb je het over 2,5 kubieke kilometer gas. Die grote stalen gascilinders bij de haven, daar past een kleine 2200 kuub LNG in. Die dingen hebben een diameter van zon vijftien meter. Stel dat je daar een opslagpark van bouwt, met een onvoorzichtige één meter speling per tank, dat wordt dan 300 vierkante kilometer aan gastanks. Dat kun je bouwen in de Rotterdamse haven. Maar dan moet je die haven wel eerst platgooien. Oh, en daarna ook nog de rest van Rotterdam, anders past het niet.
Het mooie van het Slochterense aardgasreservoir is, dat al dat gas daar ooit makkelijk in paste. Het reservoir bestaat uit een laag half versteend woestijnzand, afgedekt met zout. In een donkergrijs verleden waren dat zout en dat zand een stukje Pangea. Maar laat ik niet zo ver teruggaan, anders typ ik de hele Revu vol. Just current facts: onder Groningen ligt een uitgestrekte laag zand van ongeveer een derde kilometer dik, op drie kilometer diep. Daar zat ooit zoveel gas in, dat de druk 300 atmosfeer was. Dat gas is nu weg. De diepte dempt het verzakkingseffect een beetje, maar er is wel 2,5 kubieke kilometer LNG-ondersteuning zoek. Hup, uit de grond geslurpt met een NAM-rietje. Daardoor liggen de zandkorrels niet meer lekker. Zon zandlaag kan veel hebben. En er ligt zout op, dat is flexibel. Het heeft daarom een kleine halve eeuw systematisch ondermijnen gekost voor de korrels gingen bewegen. Maar toen gingen ze. Telkens een beetje anders liggen, om het gewicht van de drie kilometer sediment, die er bovenop ligt, beter te kunnen dragen. Dat zijn die bevinkjes. Elke dag een paar kleintjes en soms een wat grotere. Laat ik ze zetbevinkjes noemen. Die voel je in heel Groningen, maar rond Loppersum het meest. Ik vertel zo waarom.
De NAM heeft inmiddels door dat je een scheet van 1500 kubieke kilometer moeilijk kunt wegwuiven. Daarom vergoedt onze nationale olieboer alle scheuren en scheurtjes in de muren van de huizen en boerderijen in en rond Loppersum. Ook omdat het moet van de Mijnbouwwet natuurlijk. Het schuld-en-boete NAM-reparatiefonds lijkt oneindig. Er is een bedrag van 1,2 miljard euro voor gereserveerd, maar burgemeester Rodenboog van Loppersum heeft al gezegd dat als blijkt dat er meer geld nodig is, dit er gewoon komt. En hij kan het weten. Rodenboog werd in 2014 verkozen tot beste lokale bestuurder, vanwege zijn kortdate optreden wat NAM-centjes betreft.