Zijn we alleen in de ruimte? Geen levende Nederlander kwam letterlijk dichter bij het antwoord op die vraag dan astronaut André Kuipers (58). Ik denk dat het in het heelal krioelt van het leven, maar bewijs hebben we niet. Ik hoop dat we dat in mijn levensdagen nog vinden. Dat we niet alleen zijn in het heelal zou de grootste ontdekking van de mensheid zijn.'
Tekst: Andries de Jong | Fotografie: Alek/Lumen
Of André Kuipers ruimte in zijn agenda heeft voor een interview? Zijn vrouw Helen Conijn waardeert de woordgrap. Helen beheert de drukke agenda van haar man, de astronaut. De geboren Amsterdammer moet een enorm nieuwsgierig mens zijn. Je lichaam en geest intensief trainen en bekwamen om de ruimte in te mogen, je leven wagen om het onbekende te ontdekken, je gezin maandenlang niet zien om wetenschappelijke experimenten uit te voeren?
Sommige mannen kijken vier avonden per week voetbal of staren vol spanning het hele weekend naar een dobber. André Kuipers niet. In 2004 verbleef hij een week in het Internationale ruimtestation ISS en in 2011-2012 maar liefst zes maanden.
Een beetje fatalistisch
Nieuwsgierig? herhaalt Kuipers onze constatering. Ja, dat ben ik zeker. Mijn ambitie om ruimtevaarder te worden, komt voort uit een avontuurlijke instelling plus interesse om nieuwe dingen te leren. Toen ik in 2002 werd geselecteerd als boordwerktuigkundige voor de Sojoez TMA-4-vlucht van twee jaar later, moest ik leren een Russisch ruimteschip te besturen. Bovendien moest ik vloeiend Russisch leren.
Best overweldigend vond ik dat, aangezien ik toen 44 was en van origine arts. Ik vond het bizar dat ik namens de Europese Ruimtevaartorganisatie ESA werd aangewezen om met de Russen te vliegen.'