Premium

De beste bowler van de wereld

Voor sommige winnaars worden er boottochten door de Amsterdamse grachten georganiseerd, voor anderen blijft het bij een broodje kroket in de kantine, of bij een medaille aan de schoorsteenmantel. Nieuwe Revu gaat op bezoek bij de vele bijna onzichtbare winnaars die Nederland rijk is.

De beste bowler ter wereld

Een namiddagzonnetje beschijnt de voorpui van bowlingbaan Menken in Leiden, de thuisbasis van bowlingclub BVLZW (Bowlingvereniging Leiden Zuidwest). Ik ben op weg naar Xander van Mazijk, de man die zichzelf sinds het WK in 2017 de beste bowler van de wereld mag noemen.

Het is druk bij Menken: op een heleboel banen wordt getraind. Misschien gaat de gemiddelde Leidenaar hier ook weleens discobowlen, met bitterballen en grote kannen bier tijdens het dertigjarige huwelijksfeest van ome Ger en tante Anneke, maar nu, hier, op dit tijdslot, is bowlen bittere ernst. Overal wordt geconcentreerd getraind. Ook Xander staat alvast warm te gooien. Zodra hij me ziet, draait hij zich lachend om en neemt hij me mee naar het café van de bowlingbaan. Ik drink een spa rood, Xander een colaatje.

Jij was al een beetje aan het trainen geslagen dus, vandaag? Of train je elke dag?

‘Nou ja,’ glimlacht Xander, ‘ik kom net van vakantie terug, dus ik ben echt wel weer een beetje aan het opbouwen.’

Oh? Moet het van ver komen?

‘Ik ben vorige week vrijdag teruggekomen, maar je moet natuurlijk niet, na een periode van niets doen, meteen weer vijf dagen in de week gaan beginnen. Zeker niet na een vakantie.’

Krijg je dan blessures, als je te plotseling weer begint met bowlen?

‘Nee, ja, het is vooral het tijdsverschil waar ik altijd wel echt heel veel moeite mee heb. Ik was naar Zuid-Korea op vakantie. Dan zit je tegen een verschil van zeven uur aan te kijken. Daar moet ik echt even een paar dagen van bijkomen. Ik bedoel: ik werk ook gewoon nog, hè?’

Huh, maar jij bent toch de beste bowler ter wereld?

Even fronst Xander zijn wenkbrauwen, en trekt dan het mouwtje van zijn bowlingshirt recht. ‘Ja, dat wel,’ legt hij uit. ‘Maar bowlen is in Nederland zo klein dat er gewoon heel erg weinig financiële middelen zijn om een wereldkampioen te ondersteunen. Ook voor het WK dat ik won, in 2017, heb ik een eigen bijdrage moeten doen, omdat de bond maar een gedeelte kon betalen. En, nou ja, een jaar later was dat potje waar al dat geld uit kwam, natuurlijk gewoon weer leeg. Vorig jaar heb ik ook weer zelf moeten dokken. Wel naar sponsors gezocht en zo, maar ja, dat potje vanuit de bowlingbond is, twee WK’s verder, nog steeds leeg.’

Xander van Mazijk (1991) is de beste bowler van de wereld. Ambitie: het EK winnen

Nieuwe bowlingballen

En hoeveel moet je dan zelf inleggen?

‘Voor twee weken zo’n 2500 euro. En dan ben je er alleen nog maar. Voor een WK heb je wel nieuw materiaal nodig. Als je écht mee wil tellen op het WK, dan moet je wel de nieuwste spullen in je tas hebben zitten.’

Zoals?

‘Ja, nieuwe bowlingballen, toch eigenlijk wel.’

Maar een bowlingbal is toch gewoon een bowlingbal? Zo veel speling zit daar toch niet in? Als je eenmaal die perfecte worp hebt, dan kan daar toch ook weer niet zoveel aan veranderen?

Xander neemt een slok van zijn cola en gaat eens wat verzitten. Hij gaat een keer nuancerend met zijn hoofd op en neer en haalt een keer diep adem. Dan begint hij te vertellen over de grote wereld die er achter het bowlingballenwezen schuilgaat. Over hoe de bowlingbanen ingevet worden met een bepaalde olie, om het de bowlers moeilijker te maken om elke keer hetzelfde te gooien, en over hoe die olielaag elk jaar weer aangepast wordt, zodat de ene wedstrijd nooit de andere kan zijn. De bowlingballen worden daar dan weer op aangepast, zodat er toch weer redelijk stabiel gegooid kan worden. ‘Elke bowlingbal is anders. Je hebt gewichtsblokken, die andere kantelmomenten creëren. En de bal is ook poreus, dus als jij steeds dezelfde lijn gooit, dan neemt ie die olie ook allemaal op. Op die lijn wordt de baan dan weer droger.’

En droge banen zijn niet oké?

‘De bal gaat rollen, de hoek om waar de baan droog is. Maar ja, als jij je lijntje drooggegooid hebt, dan gaat ie eerder rollen. Dat wil je gewoon niet hebben.’

Nee, precies. Dus wat je wil is eigenlijk een natte baan?

‘Ja, ja, eigenlijk wel.’ Even twijfelt Xander. Dan nuanceert hij de uitspraak. ‘Geolied. Wat je wilt is een geoliede baan.’

Andorra

Xander vertelt vol trots over hoe hij met zijn bowlingteam in 2017, tegen alle verwachtingen in, eerste werd in Amerika, waar de sport enorm populair is. Alsof Andorra het WK voetbal wint, zo hield Xander twee jaar terug de grote beker omhoog. Weer gaat het over de olie op de banen, of over het gebrek daaraan, en over alle ontberingen die je als bowler tegen kunt komen in het leven. ‘Het weer heeft natuurlijk ook invloed.’

Het is niet alleen maar gewoon een balletje gooien, je moet er ook over nadenken

Het weer? Maar we zijn toch binnen? Lekker, aircootje aan, alles.

‘Ja nu, nu is het wel lekker. Maar als van de zomer straks vol de zon erop staat, dan wordt het een heel ander verhaal. Of als die airco er vol op staat te blazen. Soms is het dan zelfs gewoon te koud op een baan. Sta je elke keer na je worp weer een vestje aan te trekken, en met je handen in je zakken, om alles maar gewoon op dezelfde temperatuur te houden.’

Maar ondanks al die ontberingen ben je toch maar mooi de beste van de wereld geworden.

‘Ja klopt, maar dat was in 2017, hoor. In 2018 greep ik helaas naast de titel.’

En heb je het idee dat de bowlingsport in Nederland misschien niet serieus genoeg genomen wordt? Dat er met wat ironie naar gekeken wordt?

‘Ja, zeker. In de bowlingwereld zelf merk je het niet zo. Maar veel recreanten denken toch vooral: bittergarnituurtje, steengrillen, dat werk. Die zien niet wat wij er allemaal voor moeten doen. Het is niet alleen maar gewoon een balletje gooien, je moet er ook over nadenken. Ik bedoel: je moet nadenken over wat die bal doet, wat die olielaag doet, alles.’

Het doet je wat, heb ik het idee.

‘Nou, dat mensen gaan zien dat het toch echt een sport is. Dan komen er ook meer mensen die het gaan doen. En dus meer sponsors, voor ons, selectiespelers.’

Ja, snap ik.

Even valt het gesprek stil. We nemen allebei een slokje en kijken naar wat mensen die op de achterste baan aan het trainen zijn.

En nu? Welke prijs wil je echt nog winnen?

‘Ik kijk niet te ver meer vooruit. Voor nu is mijn grootste ambitie het EK in München.’

Een nobel streven.

Xander knikt en glimlacht. Waarschijnlijk moet hij er zelf weer voor gaan sparen, maar het deert hem niet: de liefde voor het bowlen overwint alles. 

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Sport
  • Alexander Schippers