Er zijn verschillende soorten typen criminelen. Een Cor van Hout bijvoorbeeld was een crimineel, maar geen psychopaat, een Joran van der Sloot was geen crimineel, maar wél een psychopaat. Heb jij een antenne voor wat voor soort crimineel vlees je in de kuip hebt?
‘Joran is natuurlijk een exemplarisch voorbeeld. Dit is nou een man waarvan ik zeg: die is echt slecht. Cor was weliswaar een boef, maar die was niet door en door slecht. Die had ook hele menselijke, goede eigenschappen die ik kon waarderen. Joran is iemand die totaal gewetenloos is en een totaal gebrek aan empathie heeft. Daardoor is hij in mijn ogen eigenlijk veel gevaarlijker dan bijvoorbeeld een Cor van Hout. Ik ben geen voorstander van levenslange gevangenisstraffen, maar bij Joran vind ik het niet misplaatst dat hij tot 28 jaar cel is veroordeeld.’
Je bent ooit eens uit je rol gestapt toen je een onconventionele vriendschap met een boef ontwikkelde: wijlen Cor van Hout. Hoe is die vriendschap ontstaan?
‘Toen die ontvoering plaatsvond, was ik 27 jaar en hij ook. Dat was al een punt. We waren even oud, we waren allebei Amsterdammer, we waren allebei Ajacied, we hielden van sport, we zagen ook allebei een mooie vrouw wel staan. We hadden dus behoorlijk wat raakvlakken. Onze wegen kruisten elkaar door de zaak-Heineken en dat werd de zaak van mijn leven. Hij speelde daar een hoofdrol in en gaandeweg, ook omdat ik samen met hem een boek over de ontvoering schreef, ontwikkelden we een vriendschap. Als je zo’n boek met iemand maakt, moet je je ook wel openstellen voor hem, natuurlijk. Wat me enorm fascineerde was hoe het kon dat die jongen die hemelsbreed nog geen tien kilometer van mij vandaan opgroeide in de ruwe Staatsliedenbuurt, een ontvoerder werd en ik journalist. Even oud, zelfde interesses, maar een totaal andere weg ingeslagen. Daar heb je dus weer de psychologie. Die vraag blijf ik interessant vinden dus was ik uitermate geïnteresseerd in Cor. Na jaren van contact en doordat we dat boek hebben gemaakt, moest ik onderkennen dat er een vriendschap tussen ons was ontstaan. Dat heb ik ook nooit onder stoelen of banken gestoken.’
Je hebt weleens compassie voor slachtoffers getoond op televisie, zoals met Beth Holloway, de moeder van Natalee. Kan je nog wel je werk goed doen als je zo emotioneel betrokken bent?
‘Een beroemde oorlogsfotograaf zei ooit toen hem werd gevraagd hoe hij met al dat leed om zich heen zijn werk nog kon doen: “Met tranen in mijn ogen kan ik niet goed scherpstellen.” Compassie tonen is prima, maar het moet je niet te veel leiden. Maar ik vind wel dat je iets mag voelen, want als je niets voelt dan ben je gewoon afgestompt.’
Lees het hele artikel op Blendle.