'Ik heb het geprobeerd, maar het lukt niet om offline door het leven te gaan'

Nu de zomervakantie is begonnen, duiken steeds meer deskundigen in de media op, van die bezorgde burgers die ons vertell...

Nu de zomervakantie is begonnen, duiken steeds meer deskundigen in de media op, van die bezorgde burgers die ons vertellen dat we beter twee weken offline kunnen zijn. Dat is goed voor onze hersenen, ogen, het sociale contact met anderen en vooral de nachtrust heeft er belang bij. Het voelt misschien alsof we altijd en overal connected moeten zijn, maar dat blijkt grote onzin, bedacht door mensen die simpelweg een hardnekkige telefoonverslaving hebben.

Foto: Jasper Suyk

Een recent onderzoek van The British Psychology Society toont bovendien aan dat de frequentie van het checken van onze telefoon verband houdt met het stressniveau – en dus je gezondheid. Het zijn alarmerende berichten, die al bijna een decennium klinken, maar ze sorteren vooralsnog weinig effect: deze week las ik dat vakantiegangers in de Europese Unie net zoveel gebruik maken van hun bundels als in Nederland. Dat heeft te maken met nieuw beleid, waardoor mobiel bellen of internetten in andere lidstaten sinds kort evenveel kost.

Ik was drie weken geleden mijn telefoon behoorlijk zat. Door een groot aantal publieke activiteiten werd ik veel gebeld en stroomden er dagelijks honderden mails binnen. Dan heb ik het niet eens over de waanzin op social media. Omdat ik merkte dat ik snel geprikkeld raakte, heb ik mijn telefoon uitgezet, met het doel om er een week of langer niet op te kijken, dat zou moeten afhangen van hoe het allemaal beviel.

Het schuim kroop na het eerste etmaal nog ne?t niet uit mijn mond, maar veel scheelde het niet. Ik was als een tienermeisje dodelijk nieuwsgierig naar mijn whatsappberichten, vreesde dat ik het nieuws niet adequaat kon volgen en was vooral angstig om mails te missen die cruciaal van karakter konden zijn. Hoe moesten mijn opdrachtgevers me bijvoorbeeld bereiken? Om die laatste reden ben ik wel van tijd tot tijd achter mijn pc gaan zitten. Anders zou deze periode van bezinning en onthouding ook nog geld gaan kosten.

Maar zo eenvoudig was het allemaal niet: op de tweede dag moest ik een lezing geven in Den Helder. Toen ik in de parkeergarage, vlak voor vertrek, het adres wilde opzoeken, was dat onmogelijk omdat mijn telefoon thuis was blijven liggen. Bovendien zou navigeren sowieso geen optie zijn: ik gebruik altijd Google Maps en dat gaat ook via mijn Samsung, die mijn vriendin – op mijn verzoek – ergens in het huis had verstopt. Ik ben daarom maar ouderwets borden gaan volgen, en bereikte mijn bestemming met een halfuur vertraging.

Op de derde dag moest ik in Amsterdam zijn voor allerlei zakelijke afspraken. De eerste afspraak was in de stad, dat was overzichtelijk, maar daarna wist ik het even niet meer. Net als veel andere mensen hanteer ik ook alleen nog maar een digitale agenda – in mijn mobiele telefoon. Het zorgde voor chaos. Ik kon ook niet mijn vriendin bellen om me bij te praten. Om die reden ben ik gewoon naar huis gegaan, daar heb ik mijn telefoon aangezet en de conclusie getrokken dat het niet van deze tijd is om offline door het leven te gaan.