Recensie: Jett Rebel - Truck

Zijn nieuwste album bewijst dat Jett Rebel zijn creative vrijheid volledig in eigen hand heeft. Tot zover het goede nieu...

Zijn nieuwste album bewijst dat Jett Rebel zijn creative vrijheid volledig in eigen hand heeft. Tot zover het goede nieuws.

Jett Rebel opent het jaar met een bijzondere aankondiging: in 2016 zal hij maar liefst drie platen uitbrengen. Onmiddellijk gaan de gedachten naar Green Day dat vier jaar geleden met het trio ¡Uno!, ¡Dos! en ¡Tré! kwam. Vlak na deze matige releases kreeg zanger Billy Joe Armstrong een nervous breakdown op het podium waarbij hij een vloekende tirade tegen de productie afstak. Daarna mocht hij maanden revalideren. Laten we hopen dat Jett Rebel niet dezelfde route aflegt.

Toch zal menigeen zich na beluistering van Truck afvragen: gaat het wel goed met Jett Rebel? Nou, volgens Jett Rebel zelf wel. Zo laat hij tenminste in een begeleidend schrijven aan alle journalisten weten. Er staat: ‘Het werken aan dit album was een te gekke ervaring in het algemeen. Eerlijk waar, ik heb zo veel plezier gehad met het maken, sommige momenten zijn de mooiste momenten van mijn leven.’ Hij legt uit dat hij van het pad van de standaard-hit is afgestapt. Hij laat zich niet in een hokje opsluiten, maar heeft precies gedaan wat hij zelf wilde. Ook al betekent het commerciële zelfmoord. Jett Rebel: ‘Aan alle muzikanten die het voor het geld doen kan ik maar één ding aanraden: word gewoon bankier of beroof een bank!’ Na het beluisteren van Truck hebben alle muzikanten ter wereld een advies voor Jett Rebel: ga alsjeblieft met vakantie.

Lees ook: Recensie: De Staat – O

Het probleem: Truck klinkt als een onaffe demo. Alsof het is opgenomen in een oude garage, het liefst in one take. Het is een bewuste keuze van Jelte Tuinstra. Het 27 nummers lange werk is er thuis opgezet met een cassetterecorder en zelf gemixt in een poppodium in Bergen op Zoom. Naast hele songs zitten er ook ontiegelijk veel aanzetjes tussen. Jett Rebel heeft geprobeerd er één lange psychedelische trip van te maken en beveelt aan om Truck in z’n geheel te beluisteren, maar jaagt de luisteraar geregeld tegen zich in het harnas. Tuinstra schrijft dat hij ‘hard heeft gewerkt om precies genoeg vals te zingen’, maar geregeld smeken zijn uithalen om een nieuwe take. Die uiteraard niet komt. Want dit is echt! Dit is artistieke vrijheid!

Truck is een schoolvoorbeeld dat een uitgesproken artistieke keuze nog niet betekent dat het goed is. Truck is op z’n best Spinal Tap-grappig. En op z’n slechtst een gedrocht. Het erge is dat het talent van Jett Rebel op Truck wél te horen is. Het album opereert in de regionen van The Beatles en The Beach Boys, maar vooral ook in de psychedelische sixties en seventies. Tuinstra heeft een uitstekend popgevoel. Dat levert zelfs op Truck een uitermate catchy resultaat op: Sundown en Now I Know zijn klasse-oorwurmen. Maar bij het laatste nummer zit aan het eind weer zo’n valse schreeuw. Het komt aan als de hel.

Downward spiral

Alsof het nog niet duidelijk genoeg is dat Truck een gammele homerecording is, lardeert hij het werk met losse opnamefragmenten die namen als Tape 1 Side B (extracts) en Casio Interlude 2 meekrijgen. Het is voldoende om zelfs de grootste fan van je te distantiëren, ook al heeft hij een Jett Rebel-tattoo op z’n voorhoofd. Het kwalijke is dat Truck best een goede plaat had kunnen zijn. Het is alleen in pre-demo versie uitgebracht. Veel is overbodig omdat het herschrijfproces nog niet voldoende in gang is gezet. Het doet terugverlangen naar de klasse-EP’s Venus en Mars waarop Jett Rebel veel indruk maakte. Bij het stuurloze Hits For Kids (2014) werd de gang naar de afgrond al ingezet en nu is de downward spiral bij het gênante Truck aanbeland. Jett Rebel heeft onmiddellijk een A&R-manager met overwicht en een vertrouwenspersoon nodig. De kunstenaar sluit zijn brief af met: ‘En mocht je er plezier aan hebben, verwacht alsjeblieft niet dat mijn volgende album ook maar ergens hetzelfde zal klinken. En mocht je dit album niks vinden, misschien vind je de volgende dan wél tof.’ We houden ons hart vast.

Tekt: Norbert Pek

?