Veteraan Patrick Boomstra over zijn leven na drie missies: ‘De meeste mensen deugen níet’

Adjudant Patrick Boomstra is een van de 100.000 Nederlanders die zich veteraan kunnen noemen. Hij werd uitgezonden naar Bosnië, Irak en Afghanistan. Wat doet het met je als je in een vuurgevecht of mijnenveld verzeild bent geraakt? Als je de dood in de ogen hebt gekeken? Een voorpublicatie van het boek Sporen: Veteranen na hun missie. ‘Je kunt dan wel zeggen dat we in Afghanistan hebben gevochten tegen arme mannen op een brommer met een kalasjnikov op hun rug, maar het was wel écht oorlog.’

Patrick

Die 100.000 Nederlanders die zich dus veteraan mogen noemen, hebben gediend in de Tweede Wereldoorlog en Nederlands-Indië, of hebben zich daarna ingezet in een van de internationale missies voor vrede en veiligheid. Die relatief korte periode heeft hun leven gevormd en dikwijls ook een andere wending gegeven. Maar op welke manier precies? Kwamen ze met een trauma terug of bracht de uitzending het soort wijsheid dat alleen een oorlog je kan bijbrengen? Maakten ze na de missie radicaal andere keuzes of was deze juist de bevestiging dat ze de goede keuzes in hun leven hadden gemaakt?

Adjudant Patrick Boomstra (50) zou de antwoorden op deze vragen kunnen weten. Hij kwam als dienstplichtige in het leger terecht. Met een stamboom vol veteranen kon het eigenlijk niet anders dan dat hij militair zou worden. Vanaf de eerste dag dat hij het uniform droeg, voelde het goed; hij had zijn bestemming gevonden.

Uitzendingen naar Bosnië en Afghanistan, waar de onderofficier de lelijkste kant van de mens zag, veranderden blijvend zijn kijk op de wereld. Wie op Patricks kantoor in de Schaarsbergense Oranjekazerne komt, ziet een opvallend portret hangen: dat van een jonge militair. Niks bijzonders in deze omgeving, zou je denken. Alleen draagt de piepjonge soldaat het uniform van de voormalige vijand, namelijk dat van de Kriegsmarine. De man op de foto is Walter Dorsel, Patricks Duitse opa. Zijn grootvader diende in de Tweede Wereldoorlog op een patrouilleboot met Harlingen als thuishaven.

Tijdens onderhoud op de werf kwam Walter in contact met het knapste meisje van de stad. Het klikte en na een mooie avond was Patricks oma zwanger. Het einde van de oorlog haalde een streep door de trouwplannen van de soldaat en zijn Nederlandse lief. Van een toekomst samen kwam het niet meer nadat Walter in een poging terug naar zijn Friese vriendin en dochter te gaan bij de grens werd tegengehouden door de marechaussee. De geliefden gingen hun eigen weg, om elkaar pas in de jaren 90 na tussenkomst van het programma Spoorloos weer te ontmoeten.

Patrick doet allesbehalve geheimzinnig over zijn achtergrond. De foto op kantoor is daar een tastbaar bewijs van. Collega’s maken er weleens grappen over; die kan

de adjudant goed hebben. Zeker nu ‘zijn’ Luchtmobiele Brigade in het kader van de Duits-Nederlandse defensiesamenwerking onderdeel is van de Division Schnelle Kräfte. Inderdaad, een Duitse divisie. Binnen een mensenleven is de vijand van toen de bondgenoot van nu geworden. De onwrikbare waarheid van 1945 staat diametraal op die van 2023.

Heel even tijd voor een groepsfoto tijdens demissie in Irak.

Thalys naar de Taliban

In het klein maakte Patrick die ontwikkeling persoonlijk door in zijn militaire loopbaan. ‘Toen ik in dienst ging, was ik een idealist. Ik kwam uit een rood nest, een beschermde familie met heel duidelijke ideeën. Bij de keuring had ik gezegd: ik wil alles doen, ik wil eruit halen wat erin zit. Die boodschap was overgekomen, want drie maanden nadat ik opkwam, zat ik in Bosnië. Het was november 1995 en bij de logistiek moesten we de puinhopen van Srebrenica afvoeren. Daarnaast reden we voedselkonvooien. Het was heel divers werk en ik vond het fantastisch;

de kameraadschap, de dingen die je met elkaar deelde. En ik leerde heel veel over hoe mensen in elkaar steken. Onderdeel van ons werk was voedselpakketten uitdelen. Als ik daar dan in de winter stond en de kindjes op blote voeten zag, dan dacht ik: ik kan de wereld redden. Tegelijkertijd kwamen we in dorpjes waar je niet direct een lekker gevoel bij kreeg en zag je tijdens het uitdelen hoe mensen elkaar de hersens insloegen om een sinaasappel.’

‘Met de voedselkonvooien rond Srebrenica zag je tijdens het uitdelen hoe mensen elkaar de hersens insloegen om een sinaasappel’

Patrick besluit na zijn diensttijd beroeps te worden en gaat naar de Koninklijke Militaire School. Ontbindende voorwaarde om een vast contract te krijgen is dat hij voor het dienstvak logistiek kiest. Na een tijdje begint het te knagen. De logistiekelingen horen er naar zijn gevoel nooit echt bij, zitten te ver van de actie en komen daar hooguit bij in de buurt wanneer ze eten brengen, wat ook nog eens steevast te warm, te koud of gewoon niet lekker wordt gevonden. Patrick verlangt naar de infanterie en weet dat zeker als hij tijdens een oefening in Duitsland een Amerikaanse helikopter ziet landen waar een luchtmobiele eenheid uitstapt. Dit is wat hij wil.

Benieuwd naar de rest van het artikel? Je leest 't in de nieuwste Revu.

Mens & Maatschappij
  • Olof van Joolen, Niels Roelen
  • Defensie, Privéarchief