Rapper Kendrick Lamar: portret van de Bob Dylan van onze tijd

Pharrell Williams noemt hem de Bob Dylan van dit tijdperk. Time Magazine verkoos hem - naast Vladimir Poetin en Mark Zuckerberg - tot een van de meest invloedrijke personen ter wereld. Journalisten noemen hem de Paul McCartney en Bruce Springsteen van de hiphop. En deze week staat Kendrick Lamar in een vol Ahoy. Een portret van the greatest rapper alive. ‘Ik heb mijn eigen bloed zien vergieten en ik heb andere mensen hun bloed doen vergieten.’

Kendrick Lamal

In 2017 schreef Kendrick Lamar Amerikaanse geschiedenis. Zijn derde album, genaamd Damn, had zojuist de Pulitzerprijs voor muziek gewonnen. De prestigieuze onderscheiding voor journalistiek, literatuur, theater en muziek vierde dat jaar ook haar honderdjarige jubileum. In alle voorafgaande edities, tot aan 1917, was de Pulitzer uitsluitend uitgereikt aan makers van klassieke muziek. Op drie uitzonderingen na: in 1997, 2006 en 2016 werd de hoogste muzikale titel gewonnen door jazzmuzikanten. En daar was ineens een rappende jongen uit Compton, een kansarme achterbuurt van Los Angeles, met een plaat over politiegeweld, discriminatie en de uitzichtloosheid van zwarte mensen in Amerika, agressief gerapt over pompende beats. Voor de rijke elite kwam de zege van Kendrick Lamar als donderslag bij heldere hemel; voor muziekjournalisten en Lamars eigen, wereldwijde fanbase was de historische benoeming niet meer dan terecht. Zijn diepgaande teksten, levendige verhalen, unieke stem en complexe rijmschema’s maken van hem al jaren de allerbeste rapper, maar vooral zijn urgente thema’s en kwetsbaarheid – een zeldzame eigenschap onder rappers – maken van hem de stem van een generatie. ‘Het werk van Kendrick Lamar behoort tot de belangrijkste muziek die tegenwoordig wordt geproduceerd, punt uit,’ lichtte Dana Canedy, jurylid van The Pulitzer Prizes toe. ‘Hij past perfect op het podium van de artistieke gemeenschap, net als elk ander toonaangevend, muzikaal genie.’ Die mooie worden kregen bijval van Eminem, de succesvolste rapper aller tijden. ‘Rap is de grootste muziek die er is, en het is fijn dat het eindelijk de erkenning krijgt die het verdient. Dat zijn album op dit platform terechtkomt is geweldig voor ons allemaal. Oh, en ik ben ook jaloers’.

Op Damn rapt Lamar over de actuele problemen die zijn natie bezighouden, zoals raciale ongelijkheid, gewelddadige protesten, het presidentschap van Trump, geweld en opruiende rechtse politici. De rapper komt stoer en agressief uit de hoek, maar ook angstig, beredeneerd en genuanceerd. Klassieke hiphopelementen worden gecombineerd met poëzie en soul. Het is die combinatie van elementen waarmee Lamar met een voorheen onderschoven muzikaal genre de grote mainstream weet te bereiken. En sinds 2017 dus ook de witte elite.

Eminem: ‘Het is fijn dat rap de erkenning krijgt die het verdient. Dat zijn album op dit platform terechtkomt is geweldig voor ons allemaal. Oh, en ik ben jaloers’ 

Waargebeurde verhalen

Lamar stipte zelf in een interview met Vanity Fair het belang aan van zijn Pulitzer. ‘Dit is een van die dingen die al lang geleden met hiphop hadden moeten gebeuren. Het heeft lang geduurd voordat mensen ons omhelsden - mensen buiten onze gemeenschap, onze cultuur - en om dit niet alleen als rapteksten te zien, maar om te erkennen dat dit echt onze pijn is. Dit zijn echt waargebeurde verhalen van ons leven.’ De sleutel van zijn succes, volgens Lamar zelf: ‘Je hoort geen enkele andere artiest uit Compton kwetsbaarheid tonen. Je hoort alleen maar over de persoon die de trekker overhaalt. Je hoort nooit over degene die aan de verkeerde kant van het pistool staat.’ Om die uitspraak goed te begrijpen, moeten we terug naar 1987: het geboortejaar van Kendrick Lamar Duckworth. Drie jaar eerder waren Paula en Kenny, zijn ouders, vanuit Chicago neergestreken in Compton. Kenny was in Chicago jarenlang lid geweest van de beruchte, criminele bende Gangster Disciples, totdat Paula hem overtuigde eruit te stappen. Met twee vuilniszakken kleding en vijfhonderd dollar stapten de Duckworths in 1984 op de trein naar Californië en naar een beter leven. Compton, een van de beruchtste buurten van Los Angeles, bleek daarvoor niet de juiste plek. Het onophoudelijke bendegeweld tussen de Bloods en de Crips, drive-by shootings en werkloosheid domineerden hier het straatbeeld. Slapen deden Kenny en Paula in hun auto, of in een motel. Of, als het echt niet anders kon, in het park. ‘Uiteindelijk hebben ze genoeg geld gespaard om hun eerste appartement te krijgen, en toen kregen ze mij,’ zou Lamar 26 jaar later terugblikken.

Toen Kendrick, hun eerste van vier kinderen, werd geboren, waren Paula en Kenny vooral bezig met overleven. Paula werkte bij de lokale McDonalds; Kenny bij de Kentucky Fried Chicken. Loskomen van het alledaagse geweld lukte niet. Een van Kendricks vroegste herinneringen: de waanzin van de beruchte Los Angeles-rassenrellen in het voorjaar van 1992. Een viertal witte politieagenten was een dag eerder vrijgesproken van de brute mishandeling op de zwarte taxichauffeur Rodney King: Los Angeles stond in de vier dagen hierna in brand. ‘Ik herinner me dat ik met mijn vader over Bullis Road reed, uit het raam keek en alleen maar motherfuckers zag rennen,’ schetst Lamar in het tijdschrift Rolling Stone. De rapper was die dag vier jaartjes jong. ‘Ik zag rook. We stopten bij een autowinkel, maar pa ging naar binnen en kwam eruit gerold met gierende banden. Ik wist meteen: die auto heeft hij niet gekocht. Ik had zoiets van: wat is er aan de hand?  Het was totale chaos in L.A. Toen ik eenmaal op het nieuws hoorde over Rodney King, zei ik tegen mijn moeder: “Dus de politie heeft een zwarte man in elkaar geslagen en nu is iedereen boos? Ok, dan begrijp ik het nu”.’ De gebeurtenis maakte veel indruk op Lamar. Net als de traumatische ervaringen in de jaren hierna. Op zijn vijfde is hij voor het eerst getuige van een moord. Op de stoep, voor het kleine appartement van zijn ouders, wordt een drugs dealende tiener door zijn hoofd geschoten. Drie jaar later loopt de achtjarige Kendrick van school naar huis, als hij ziet hoe ‘een kerel met een groot pistool’ bij een fastfoodrestaurant uit een oude Sedan stapt, naar een andere man toe rent en hem vervolgens met een enkel schot doodschiet. ‘Eén schot. Boom. Hij viel gewoon.’

Benieuwd naar de rest van het artikel? Je leest 't in de nieuwste Revu.

Showbizz
  • ANP, Wenn.com