Premium

De beste poppenspeler van Berkel-Enschot

Voor sommige winnaars worden er boottochten door de Amsterdamse grachten georganiseerd, voor anderen blijft het bij een broodje kroket in de kantine, of bij een medaille aan de schoorsteenmantel. Nieuwe Revu gaat op bezoek bij de vele bijna onzichtbare winnaars die Nederland rijk is.

Poppenspeler

Ik sta voor de deur van de beste poppenspeler van Berkel-Enschot. Heel even twijfel ik of ik aan zal bellen: als je nog niet aangebeld hebt, kun je nog altijd terug. Poppenspelers hebben iets mysterieus, iets onheilspellends. Misschien zijn het de cartoons uit het begin van de vorige eeuw, waar kleine poppetjes van de gewone mensen aan de touwen van boosaardig grijnzende fabrieksdirecteuren en bisschoppen bungelden. Misschien zijn het Pinokkio en Geppetto, misschien is het Chucky, of Bassie en Robin, maar héél even twijfel ik: zal ik aanbellen? Ja. Ik bel aan.

Na een beetje gestommel achter de voordeur verschijnt de 53-jarige Frans van der Meer in de deuropening. Frans is de geestelijk vader van poppen als Ferry van de Zaande, Fred van Boesschoten, Arend-Jan Stoetwegen en professor Hominilupus. Al jarenlang treedt hij op tijdens festivals, in theaters, op bruiloften en familiefeesten. Met de deurknop in de hand kijkt hij me heel eventjes onderzoekend aan, dan glimlacht hij. ‘Welkom in mijn nederige stulpje,’ mompelt hij traag.

‘Ik was net het meubilair aan het plumeren.’

Glimlachend houdt hij een grote zwarte plumeau omhoog, die hij in zijn hand heeft. Het ding lijkt recht uit een dertigerjarenstrip-act te komen, maar Frans stoft er meteen ook maar even de deurpost mee af.

Ha, nou uitstekend, plumeer vooral even door. Geen probleem.

Enorme miniatuurfabriek

Frans’ woonkamer is redelijk leeg. In de ene hoek staat een klein tafeltje, aan de muur van de woonkamer hangen wat foto’s en schilderijen, in de andere hoek staat een enorme televisie. Frans loopt naar het ding toe en stoft het af.

Hé, maar jij bent dus de beste poppenspeler van Berkel-Enschot?

Even denkt Frans na. Hij lijkt te twijfelen. Alle andere poppenspelers in Berkel-Enschot laat hij in gedachten de revue passeren. ‘Ja, die stelling durf ik wel aan,’ antwoordt hij na een paar seconden. ‘Al woont er nog wel een, hier in de buurt. Maar zij doet meer shows voor kinderen. Wacht, ik zal wat koffie creëren.’

Frans legt zijn plumeau terzijde en loopt de keuken in. Ik kijk naar een vitrine waar een enorme miniatuurfabriek in staat, die ik herken uit een van de Youtube-filmpjes. Het is de fabriek waar Frans’ bekendste poppen Ferry van de Zaande en Fred van Boesschoten werken.

Hé, maar dit is toch de fabriek uit de filmpjes?

‘Dit is inderdaad de Vadumestru afvalstoffenrecycling en diervoeders BV.’

Pardon?

‘De Vadumestru afvalstoffenrecycling en diervoeders BV op ware grootte. Althans, ja, niet op ware grootte natuurlijk, maar we filmen dat dan allemaal precies zo dat het net lijkt alsof dat wel zo is.’ Even twijfel ik of Frans me in de maling neemt, maar hij kijkt me met een serieus gezicht aan en blijft wachten. ‘Ja ja, het wonder der verbeelding,’ voegt hij eraan toe.

Tegen een optreden op een uitvaart heb ik onlangs nee gezegd. Daar voelde ik me een beetje ongemakkelijk bij

Poppenimperium

We raken aan de praat over zijn eerste jaren als poppenspeler. Frans begon als kind met een kleine poppenkast, die hij langzaam uitbreidde tot een poppenimperium. Steeds meer personages, steeds meer stemmetjes, steeds meer zelfgemaakte poppen. ‘Maar goed,’ vertelt hij op zijn gemak verder. ‘Uiteindelijk is het begonnen toen ik met Jeroen de Leijer, die voor de Nieuwe Revu tekent, een poppenshow ben gaan spelen, en van daaruit rol je dan toch het commerciële circuit in.’

Oh? Op kermissen en in feesttenten?

‘Ja, nou, dat natuurlijk sowieso. Ik treed in principe overal op. Alleen tegen een optreden op een uitvaart heb ik onlangs nee gezegd. Daar voelde ik me toch een beetje ongemakkelijk bij. Maar, nee, ja, je bent toch gewoon een zelfstandig ondernemer, hè. Dus dan pak je je koffers maar weer, en dan wandel je van de parkeergarage naar de feestlocatie.’

Wordt het niet vervelend? Heb je geen grotere ambities dan alleen maar de feesttenten en het 25-jarige huwelijk van Kees en Anneke?

‘Hé, als je gaat trouwen of zo, boek mij gerust. Ik kom wel. Ik zou natuurlijk best wel een theatervoorstelling willen maken. Maar goed, dat moet ook allemaal weer ergens van betaald worden, hè? Dan moet je weer een boeker hebben. En iemand die alles regelt. Het is toch ook wel echt een gedoe, hoor. En ik ben toch meer een maker dan een regelaar, moet ik zeggen.’

Maar je bent 53. Je zei dat je al vanaf kinds af aan poppenspeler bent. Nooit gestopt? Dat is lang, hoor.

‘Nou, ik ging een tijdje naar de middelbare school, en ik was vrij fanatiek bezig met brommers. Toen heeft het wel een tijdje stilgelegen.’

Michael Jackson

Terwijl Frans praat en wacht tot de koffie klaar is, wandelt hij een beetje ongemakkelijk door zijn woonkamer heen. Dan loopt hij de keuken weer in, om met een kan koffie terug te komen.

En heb je dan artistiek niets meer te wensen?

Frans van der Meer (1966) is de beste poppenspeler van Berkel- Enschot. Ambitie: een eigen theatershow, al is dat ook wel weer veel gedoe

‘Nou ja, wel natuurlijk, maar ja, er moet ook gewoon brood op de plank komen. En dan moet je in de commerciële entertainmentbusiness toch gewoon je optredens doen in het hele land. Je wil toch ook gewoon geld verdienen.’

Voor een kunstenaar met zo’n excentriek beroep als poppenspeler vind ik dat je vaak over geld praat.

‘Ik zal je vertellen: als ik met muzikanten of andere kunstenaars praat, gaat het uiteindelijk vaker over geld dan over kunst. Je praat over hoeveel je voor het ene of het andere optreden verdiend hebt, en daar drink je dan een pilsje bij.’

Een mens moet wat.

‘Ja, precies. Ja, het kan aan mij liggen, hoor, maar ik heb het er inderdaad wel vaak over, ja. Misschien heb ik dat geleerd op de kermis. Daar gaat het namelijk écht alleen over geld.’

Want je hebt ook op de kermis gewerkt?

‘Ja. Ik heb diverse attracties beschilderd. Zweefmolens, cakewalks, er staat zelfs, hoewel ik er nooit een foto van heb gezien, in dat park van Michael Jackson een zweefmolen die ik beschilderd heb.’

Even valt het gesprek stil. Frans zucht een keer en neemt een slok van zijn koffie. ‘Ja, verder is het natuurlijk ook maar gewoon werk, hè.’

Voor een entertainer heb je een wat bedompt gemoed, als ik heel eerlijk mag zijn.

‘Ik ben op zich niet per se heel vrolijk, nee. Maar dat is toch typerend voor entertainers?’

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Nieuwe Revu thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct
Mens & Maatschappij
  • Alexander Schippers